Schepenen van ’s-Hertogenbosch oorkonden dat [***], zoon van wijlen Arnoud [***] van der Hoeven, een jaarlijkse erfcijns van zes en een halve gulden, die Peter de Buyser, zoon van wijlen [***] , wettige man van Arnolda, dochter van wijlen Hendrik Arntszn. van der Hoeven, beloofd had te voldoen aan Jan, natuurlijke zoon van wijlen Jan Bolcx, als wettige man van Guedeldis, uit drie [***] en twee huizen er achter in Den Bosch boven de Vughterdijk, tussen het erfgoed van [***] Berckel enerzijds en van Everard, zoon van wijlen Boudewijn Lemmenszn., anderzijds, lang geleden tot het erfgoed van [***] en Frank, zoon van wijlen Hendrik, zoon van wijlen Arnoud van der Hoeven, schoenmaker, Jan, natuurlijke zoon van wijlen Jan Bolcx [***], man en wettige voogd van Guedeldis, en Marcelis, zoon van wijlen Godfried van Os, Matheus [***], Maarten van den Mortel en Jacob Poelman Hermanszn. als aangestelde voogden en voogden van [***] en Johanna, kinderen van [***] wijlen Jan, zoon van wijlen Hendrik, zoon van wijlen Arnoud van der Hoeven, voor de voornoemde cijns en [***], en welke cijns E[***] Bacx [***] aan Arnoud overgedragen, heeft overgedragen aan Gozewijn, zoon van wijlen Gijsbert [Joos]tens.
Getuigen: schepenen van ’s-Hertogenbosch: Frans Bogart en Gijsbert Heijm. i
Schepenen van ’s-Hertogenbosch oorkonden dat [***], zoon van wijlen Arnoud [***] van der Hoeven, een jaarlijkse erfcijns van zes en een halve gulden, die Peter de Buyser, zoon van wijlen [***] , wettige man van Arnolda, dochter van wijlen Hendrik Arntszn. van der Hoeven, beloofd had te voldoen aan Jan, natuurlijke zoon van wijlen Jan Bolcx, als wettige man van Guedeldis, uit drie [***] en twee huizen er achter in Den Bosch boven de Vughterdijk, tussen het erfgoed van [***] Berckel enerzijds en van Everard, zoon van wijlen Boudewijn Lemmenszn., anderzijds, lang geleden tot het erfgoed van [***] en Frank, zoon van wijlen Hendrik, zoon van wijlen Arnoud van der Hoeven, schoenmaker, Jan, natuurlijke zoon van wijlen Jan Bolcx [***], man en wettige voogd van Guedeldis, en Marcelis, zoon van wijlen Godfried van Os, Matheus [***], Maarten van den Mortel en Jacob Poelman Hermanszn. als aangestelde voogden en voogden van [***] en Johanna, kinderen van [***] wijlen Jan, zoon van wijlen Hendrik, zoon van wijlen Arnoud van der Hoeven, voor de voornoemde cijns en [***], en welke cijns E[***] Bacx [***] aan Arnoud overgedragen, heeft overgedragen aan Gozewijn, zoon van wijlen Gijsbert [Joos]tens.
Getuigen: schepenen van ’s-Hertogenbosch: Frans Bogart en Gijsbert Heijm.