1456 april 3
Schepenen van 's-Hertogenbosch, Godfried van Dommel en Gerard Boest, oorkonden, dat Johan, natuurlijke zoon wijlen Gerlacusr, zoon wijlen Johan van Rover, ridder, als man en voogd van Gertrudis, dochter wijlen Theodoor Nobel, overgedragen heeft aan Lambert van Doernen, zoon van Christian, voor Theodoor Nobel, priester, zoon wijlen Theodoor voornoemd:
erfpacht van 2 mud rogge, uit alle goederen, die Albert, zoon van Arnold van Hackenen, van Arnold voornoemd in erfpacht had gekregen in Uden op Boekel, welke pacht Matheus, zoon van Arnold van den Winckel, had verkregen van Arde Hackenen
Kopie in groot cartularium (inventarisnr 120) pagina 187
Kopie in perkamenten cartularium (inventarisnr (121) folio 86v
1456 april 3
Schepenen van 's-Hertogenbosch, Godfried van Dommel en Gerard Boest, oorkonden, dat Johan, natuurlijke zoon wijlen Gerlacusr, zoon wijlen Johan van Rover, ridder, als man en voogd van Gertrudis, dochter wijlen Theodoor Nobel, overgedragen heeft aan Lambert van Doernen, zoon van Christian, voor Theodoor Nobel, priester, zoon wijlen Theodoor voornoemd:
erfpacht van 2 mud rogge, uit alle goederen, die Albert, zoon van Arnold van Hackenen, van Arnold voornoemd in erfpacht had gekregen in Uden op Boekel, welke pacht Matheus, zoon van Arnold van den Winckel, had verkregen van Arde Hackenen
Kopie in groot cartularium (inventarisnr 120) pagina 187
Kopie in perkamenten cartularium (inventarisnr (121) folio 86v