1457 februari 23 (anno Domini millesimo quadringentesimo quinquagesimo sexto)
Schepenen van 's-Hertogenbosch oorkonden, dat broeder Petrus, zoon wijlen Gerard van Ophoven, conventuaal klooster Mariënkroon in Heusden / zijn broers Rutger en Johan / Matheus, zoon van Matheus Raijmaker, als man en voogd van Petronella, dochter wijlen Gerard van Ophoven / Gooswin, zoon wijlen Sanderus de Rossem, door Sanderus bij Mechteld, de latere vrouw van Gerard voornoemd verwekt, erfdeling hebben gemaakt, waarbij genoemde Rutger / Johan / Matheus / Gooswin voor dit klooster afstand doen van:
1/2 huis en erf en achterhuis op Uilenborg in 's-Hertogenbosch / tuin en perceel land van wijlen Gerard van Ophoven buiten Koepoort op Wolfsdonk en belast met cijns van 5 pond voor gasthuis (in Heusden?), met 9 groot Vlaams voor genoemd convent en 9 groot Vlaams voor gasthuis Neynsel in Hinthamerstraat
Origineel (inventarisnr 379)
Met schepenzegels Amelius de Boeckem en Adam de Lu
1457 februari 23 (anno Domini millesimo quadringentesimo quinquagesimo sexto)
Schepenen van 's-Hertogenbosch oorkonden, dat broeder Petrus, zoon wijlen Gerard van Ophoven, conventuaal klooster Mariënkroon in Heusden / zijn broers Rutger en Johan / Matheus, zoon van Matheus Raijmaker, als man en voogd van Petronella, dochter wijlen Gerard van Ophoven / Gooswin, zoon wijlen Sanderus de Rossem, door Sanderus bij Mechteld, de latere vrouw van Gerard voornoemd verwekt, erfdeling hebben gemaakt, waarbij genoemde Rutger / Johan / Matheus / Gooswin voor dit klooster afstand doen van:
1/2 huis en erf en achterhuis op Uilenborg in 's-Hertogenbosch / tuin en perceel land van wijlen Gerard van Ophoven buiten Koepoort op Wolfsdonk en belast met cijns van 5 pond voor gasthuis (in Heusden?), met 9 groot Vlaams voor genoemd convent en 9 groot Vlaams voor gasthuis Neynsel in Hinthamerstraat
Origineel (inventarisnr 379)
Met schepenzegels Amelius de Boeckem en Adam de Lu