1467 juni 5, voortgezet 1469 augustus 18 Acta fuerunt hec in camera mei notarii in de Peperstraat in Buscoducis; acta fuerunt hec ultima in camera dormitionis testatricis
Notaris Johan Amelricus de Buscoducis, geestelijke bisdom Luik, instrumenteert, dat Margaretha, dochter wijlen Johan van der Couten, weduwe Henrik Andreaszn Visser alias Mutsaert de Boekstel, burgeres van deze stad, haar testament heeft gemaakt:
haar dienstmaagd Elizabeth van den Put en Mariëndonk in Oudheusden pacht van 1 mud rogge uit huis, erf en tuin in Boxtel op de Roont en van 1/2 mud rogge aldaar op ... ter fundatie van anniversarium voor haar man;
waarbij zij verklaart gebonden te zijn aan bepaling van haar man in zijn testament voor notaris Gerard van Grotel, over pacht van 8 mud rogge uit hun goederen voor het geval, dat een hunner zonen in geestelijke stand zou treden, nu haar zoon Petrus conventuaal is van klooster Mariëndonk;
ter fundatie van wekelijks officie en 2 missen van requiem rente van 20 pond uit haar huis, erf en tuin in Vughterstraat, voor welke rente zij deze goederen verkocht aan Johan van Roeser Henrikzn;
pitantie voor klooster in wijn of anderzins uit rente van 10 pond uit goederen in Boxtel en uit rente van 4 pond aldaar en uit legaat van 21 peter eens;
klooster perceel land en weiland Eeussel in Boxtel op Bruekelen, welke zij verworven had van Johan van Visser Petruszn Visser, dokter, alsook 1/3 van haar huisraad en beemd aldaar in Hoggendonk alias Hillebroek en een op Mulsel;
Elizabeth van den Put, haar dienstmaagd, en aan haar nicht Paschasia, erfgoed met gebouwen, verworven van gasthuismeesters van 's-Hertogenbosch, op voorwaarde, dat conventualen van Mariëndonk, wanneer zij voor zaken in de stad zijn, zonder enig bezwaar hier in- en uit kunnen gaan, er hun eigen bed zullen hebben en dat Elizabeth hun dan eten en drinken zal verschaffen.
Kopie in perkamenten cartularium (inventarisnr 121) f 64r-67r
1467 juni 5, voortgezet 1469 augustus 18 Acta fuerunt hec in camera mei notarii in de Peperstraat in Buscoducis; acta fuerunt hec ultima in camera dormitionis testatricis
Notaris Johan Amelricus de Buscoducis, geestelijke bisdom Luik, instrumenteert, dat Margaretha, dochter wijlen Johan van der Couten, weduwe Henrik Andreaszn Visser alias Mutsaert de Boekstel, burgeres van deze stad, haar testament heeft gemaakt:
haar dienstmaagd Elizabeth van den Put en Mariëndonk in Oudheusden pacht van 1 mud rogge uit huis, erf en tuin in Boxtel op de Roont en van 1/2 mud rogge aldaar op ... ter fundatie van anniversarium voor haar man;
waarbij zij verklaart gebonden te zijn aan bepaling van haar man in zijn testament voor notaris Gerard van Grotel, over pacht van 8 mud rogge uit hun goederen voor het geval, dat een hunner zonen in geestelijke stand zou treden, nu haar zoon Petrus conventuaal is van klooster Mariëndonk;
ter fundatie van wekelijks officie en 2 missen van requiem rente van 20 pond uit haar huis, erf en tuin in Vughterstraat, voor welke rente zij deze goederen verkocht aan Johan van Roeser Henrikzn;
pitantie voor klooster in wijn of anderzins uit rente van 10 pond uit goederen in Boxtel en uit rente van 4 pond aldaar en uit legaat van 21 peter eens;
klooster perceel land en weiland Eeussel in Boxtel op Bruekelen, welke zij verworven had van Johan van Visser Petruszn Visser, dokter, alsook 1/3 van haar huisraad en beemd aldaar in Hoggendonk alias Hillebroek en een op Mulsel;
Elizabeth van den Put, haar dienstmaagd, en aan haar nicht Paschasia, erfgoed met gebouwen, verworven van gasthuismeesters van 's-Hertogenbosch, op voorwaarde, dat conventualen van Mariëndonk, wanneer zij voor zaken in de stad zijn, zonder enig bezwaar hier in- en uit kunnen gaan, er hun eigen bed zullen hebben en dat Elizabeth hun dan eten en drinken zal verschaffen.
Kopie in perkamenten cartularium (inventarisnr 121) f 64r-67r