1473 februari 15 (anno Domini millesimo quadringentesimo septuagesimo secundo)
Schepenen van 's-Hertogenbosch, Theo van Os en Herman Koenen, oorkonden, dat Gerard, natuurlijke zoon wijlen Florentius, zoon wijlen Wilhelm van der Aa, ridder, overgedragen heeft aan Rodolf Dicbier:
rente van 47 oude groot / pachten van 20 lopen rogge en 32 lopen gerst, uit Goed in Schoot, in Oirschot onder Aarle, uit Goed ter Moest in Oirschot onder Best, en uit Goed ter Engelbraken;
welke pachten belast zijn met pacht van 4 mud rogge voor heiliggeesttafel van 's-Hertogenbosch
Kopie in perkamenten cartularium (inventarisnr 121) folio 78v
1473 februari 15 (anno Domini millesimo quadringentesimo septuagesimo secundo)
Schepenen van 's-Hertogenbosch, Theo van Os en Herman Koenen, oorkonden, dat Gerard, natuurlijke zoon wijlen Florentius, zoon wijlen Wilhelm van der Aa, ridder, overgedragen heeft aan Rodolf Dicbier:
rente van 47 oude groot / pachten van 20 lopen rogge en 32 lopen gerst, uit Goed in Schoot, in Oirschot onder Aarle, uit Goed ter Moest in Oirschot onder Best, en uit Goed ter Engelbraken;
welke pachten belast zijn met pacht van 4 mud rogge voor heiliggeesttafel van 's-Hertogenbosch
Kopie in perkamenten cartularium (inventarisnr 121) folio 78v