Joris Martens, bode van de Raad van Brabant, verklaart dat hij op verzoek van de kartuizers in Vught de weduwe en kinderen van Jan Hermanssoen van Os behalve Floris van Os voor de raad gedaagd heeft op 22 december aanstaande en dat hij hen tevens in het huis van meester Meerten de Greve voor commissarissen in 's-Hertogenbosch gedaagd heeft op vrijdag na Kerstmis, maar dat zij zich niet zullen verzetten tegen de kartuizers 'want henluyden te mechtig was'.
Joris Martens, bode van de Raad van Brabant, verklaart dat hij op verzoek van de kartuizers in Vught de weduwe en kinderen van Jan Hermanssoen van Os behalve Floris van Os voor de raad gedaagd heeft op 22 december aanstaande en dat hij hen tevens in het huis van meester Meerten de Greve voor commissarissen in 's-Hertogenbosch gedaagd heeft op vrijdag na Kerstmis, maar dat zij zich niet zullen verzetten tegen de kartuizers 'want henluyden te mechtig was'.