1461 september 2
Notaris Johan Frank van Echternach, priester, instrumenteert, dat Roland van Meer, kanunnik van Sint-Servaas in Maastricht, en Johan in 't Wout, advocaat bij Hof van Luik, als arbiters in geschil tussen Johan van den Velde, scheffener balije Oudenbiezen, enerzijds en Wilhelm Lippen, procurator van de abt van Echternach, anderzijds over novale tienden van Gemert, hebben bepaald dat:
blijkens overeenkomst door Theo van Betgenhusen, landcommandeur balije Oudenbiezen, met procurator van abt van Echternach aangegaan, abdij Echternach van rectoraat kerk van Gemert novale tienden zou houden, maar 1/4 novale tienden van Gemert jaarlijks aan landcommandeur van Oudenbiezen of commandeur van Gemert zou worden betaald;
dat bovendien abt van Echternach jaarlijks 3 mud rogge uit zowel 1/4 novale tienden als uit 1/4 grote tienden 'decimagii', van Gemert moet betalen op huis van Gemert;
dat verder arbiters regeling hebben getroffen voor tienden van het nieuw in cultuur gebracht land in Gemert
Getuigen: Johan Hugin, pastoor van Edingen, Wilhelm, zoon van...,priester, van het bisdom Trier, en Nicolaus Itsel, leek
Origineel (inventarisnr 647)
Met zegels balije Oudenbiezen met contrazegel en abdij van Echternach
Kopie, 17e eeuw (inventarisnr 647), op hetzelfde blad als kopie-akte van (1459 september 15 - 1461 september 2) (regestnr 326)
1461 september 2
Notaris Johan Frank van Echternach, priester, instrumenteert, dat Roland van Meer, kanunnik van Sint-Servaas in Maastricht, en Johan in 't Wout, advocaat bij Hof van Luik, als arbiters in geschil tussen Johan van den Velde, scheffener balije Oudenbiezen, enerzijds en Wilhelm Lippen, procurator van de abt van Echternach, anderzijds over novale tienden van Gemert, hebben bepaald dat:
blijkens overeenkomst door Theo van Betgenhusen, landcommandeur balije Oudenbiezen, met procurator van abt van Echternach aangegaan, abdij Echternach van rectoraat kerk van Gemert novale tienden zou houden, maar 1/4 novale tienden van Gemert jaarlijks aan landcommandeur van Oudenbiezen of commandeur van Gemert zou worden betaald;
dat bovendien abt van Echternach jaarlijks 3 mud rogge uit zowel 1/4 novale tienden als uit 1/4 grote tienden 'decimagii', van Gemert moet betalen op huis van Gemert;
dat verder arbiters regeling hebben getroffen voor tienden van het nieuw in cultuur gebracht land in Gemert
Getuigen: Johan Hugin, pastoor van Edingen, Wilhelm, zoon van...,priester, van het bisdom Trier, en Nicolaus Itsel, leek
Origineel (inventarisnr 647)
Met zegels balije Oudenbiezen met contrazegel en abdij van Echternach
Kopie, 17e eeuw (inventarisnr 647), op hetzelfde blad als kopie-akte van (1459 september 15 - 1461 september 2) (regestnr 326)