1493 maart 14 (1) (decima quarta die mensis Marcii, feria quinta post Dominicam qua cantatur Oculi, anno Domini millesimo quadringentesimo nonagesimo tercio)
Jacob de Padbrouk alias de Jeger, rector altaar Heilig Katharina in kapel van Bruheze in Bakel, verklaart voor schepenen van 's-Hertogenbosch, dat Jacob Vogel van Amsterdam, bij akte van schepenen van 's-Hertogenbosch (vergelijk regestnr 433) aan hem, Jacob voornoemd, alle grote en kleine tienden in Bruheze in Bakel heeft overgedragen voor rectoraat van deze kapel
Schepenen van 's-Hertogenbosch: Petrus de Vladeracken en Anthonius Spierink
Origineel (inventarisnr 1085)
Kopie in inventarisnr 2, folio 36vo - 37r, nr 651
Hier is door schepenen van 's-Hertogenbosch geen Paasstijl gebruikt
1493 maart 14 (1) (decima quarta die mensis Marcii, feria quinta post Dominicam qua cantatur Oculi, anno Domini millesimo quadringentesimo nonagesimo tercio)
Jacob de Padbrouk alias de Jeger, rector altaar Heilig Katharina in kapel van Bruheze in Bakel, verklaart voor schepenen van 's-Hertogenbosch, dat Jacob Vogel van Amsterdam, bij akte van schepenen van 's-Hertogenbosch (vergelijk regestnr 433) aan hem, Jacob voornoemd, alle grote en kleine tienden in Bruheze in Bakel heeft overgedragen voor rectoraat van deze kapel
Schepenen van 's-Hertogenbosch: Petrus de Vladeracken en Anthonius Spierink
Origineel (inventarisnr 1085)
Kopie in inventarisnr 2, folio 36vo - 37r, nr 651
Hier is door schepenen van 's-Hertogenbosch geen Paasstijl gebruikt