1453 mei 5
Henrik de Raijmaker en Jan Deriksz, schepenen van Cuijk, oorkonden dat Henrik de Groot en zijn vrouw Liesbeth overgedragen hebben aan Gertrud, weduwe Baken Baax:
13 malder rogge per jaar, te leveren in Grave, uit hof in de Hautert, waar Peter van den Walsit op woont, naast de Sijp en gemeent, en uit andere hof aldaar, waar Diemer Jansz op woont, en verder uit alle andere goederen van Henrik in de Hautert en uit alle beemden in het Nerenveld in Sint Agatha (met transfix van 20 mei 1482, regestnr 571)
Origineel (inventarisnr 736)
Met zegels schepenen
Kopie cartularium, 184 (inventarisnr 1)
Op rugzijde: 'Desen rog hebben wy geloest want hy gynge uuyt II onser haeve als aen die Heyde en op die Paes'
1453 mei 5
Henrik de Raijmaker en Jan Deriksz, schepenen van Cuijk, oorkonden dat Henrik de Groot en zijn vrouw Liesbeth overgedragen hebben aan Gertrud, weduwe Baken Baax:
13 malder rogge per jaar, te leveren in Grave, uit hof in de Hautert, waar Peter van den Walsit op woont, naast de Sijp en gemeent, en uit andere hof aldaar, waar Diemer Jansz op woont, en verder uit alle andere goederen van Henrik in de Hautert en uit alle beemden in het Nerenveld in Sint Agatha (met transfix van 20 mei 1482, regestnr 571)
Origineel (inventarisnr 736)
Met zegels schepenen
Kopie cartularium, 184 (inventarisnr 1)
Op rugzijde: 'Desen rog hebben wy geloest want hy gynge uuyt II onser haeve als aen die Heyde en op die Paes'