1488 september 1 (up sunte Egidius dach)
Lijns van Haan en Maas Loevers, laten van Heijden / met Henrik Spaanrebuck, heer te Heijden, als bezegelaar, oorkonden dat Herman Pelen en zijn vrouw Kathrijn jegens Johan van Zeller, procurator klooster van Sint Agatha, tot borg stellen, hun goederen in Heijden, daar zij met Johan van Rul en zijn vrouw Heil / Johan van Akkeren en zijn vrouw Henrikje / Henrik Plesser / Henrik, zoon van Wilhem Jan Vaders / diens broers Johan en Willem en diens zusters Met en Hadewig, in Oeffelt overgedragen hebben aan klooster:
perceel land Hostat / perceel land Helft van het Langewant / perceel land op Borchgreve volgens schepenakte van 13 april 1488 (zie regestnr 663)
Origineel (inventarisnr 931)
Met zegel heer
1488 september 1 (up sunte Egidius dach)
Lijns van Haan en Maas Loevers, laten van Heijden / met Henrik Spaanrebuck, heer te Heijden, als bezegelaar, oorkonden dat Herman Pelen en zijn vrouw Kathrijn jegens Johan van Zeller, procurator klooster van Sint Agatha, tot borg stellen, hun goederen in Heijden, daar zij met Johan van Rul en zijn vrouw Heil / Johan van Akkeren en zijn vrouw Henrikje / Henrik Plesser / Henrik, zoon van Wilhem Jan Vaders / diens broers Johan en Willem en diens zusters Met en Hadewig, in Oeffelt overgedragen hebben aan klooster:
perceel land Hostat / perceel land Helft van het Langewant / perceel land op Borchgreve volgens schepenakte van 13 april 1488 (zie regestnr 663)
Origineel (inventarisnr 931)
Met zegel heer