1494 januari 14 (op sunte Poncianus avont)
Werner van Zutphen, prior klooster predikorde in Zwolle, en Johan Koekeman, pater fraterhuis aldaar, 'maecheydes ende moetzwoenslude' vanwege Sijbrant Geritsz en wijlen Aleid, voorvrouw van Wolter van Parijs, alias 'Wolter mytter eenre hant', enerzijds, en Arnold van den Berge en Willem Vink, 'maecheides ende moetzwoenslude' vanwege Wolter van Parijs en zijn vrouw Kathrine anderzijds, oorkonden dat zij:
boedelscheiding gemaakt hebben van goederen van Wolter en wijlen Aleid, waarbij Wolter hebben zal alle goederen van wijlen zijn vrouw Aleid in Zwolle en Sijbrant, zoon wijlen Gerit de Wever en voornoemde Aleid, de goederen van zijn ouders in Land van Cuijk
Gevidimeerd kopie in schepenakte van 1494 ongedateerd (zie regestnr 705) (inventarisnr 763)
1494 januari 14 (op sunte Poncianus avont)
Werner van Zutphen, prior klooster predikorde in Zwolle, en Johan Koekeman, pater fraterhuis aldaar, 'maecheydes ende moetzwoenslude' vanwege Sijbrant Geritsz en wijlen Aleid, voorvrouw van Wolter van Parijs, alias 'Wolter mytter eenre hant', enerzijds, en Arnold van den Berge en Willem Vink, 'maecheides ende moetzwoenslude' vanwege Wolter van Parijs en zijn vrouw Kathrine anderzijds, oorkonden dat zij:
boedelscheiding gemaakt hebben van goederen van Wolter en wijlen Aleid, waarbij Wolter hebben zal alle goederen van wijlen zijn vrouw Aleid in Zwolle en Sijbrant, zoon wijlen Gerit de Wever en voornoemde Aleid, de goederen van zijn ouders in Land van Cuijk
Gevidimeerd kopie in schepenakte van 1494 ongedateerd (zie regestnr 705) (inventarisnr 763)