Henricus de Eyndhoven en Johannes de Liebergen, schepenen van 's-Hertogenbosch, verklaren dat Johannes zoon van wijlen Walterus Francken van Akeren, verkocht heeft aan zijn broeder en aan Petrus, zoon van wijlen Walterus Erbarts Loyen, een dagmaat hooiland gelegen in de parochie Esch in de Hoge Postel, tussen de Lage Postel van Adam Loyen en de gemene straat; 3 lopense bouwland, gelegen in Esch bij de kerk, tussen Theodericus Walterusz. van den Camp en heer Ludowicus, zoon van wijlen Lodowicus Erbarts; 1 lopense land te Esch in de Wyecker, met Aleyda Hermannus van den Akeren weduwe en haar kinderen aan beide zijden; 1/6 van een weide, geheten de Collenbergh; een stuk weide, geheten den Buyckbergh, tussen mr. Petrus Muyckens en vrouwe Maria Martholdus van Wyfflet weduwe en haar kinderen; 1/6 van een weide geheten het Moervelt, gelegen in de parochie Vught St. Pieter, tussen Petrus Martini en Jacob Claess.
Henricus de Eyndhoven en Johannes de Liebergen, schepenen van 's-Hertogenbosch, verklaren dat Johannes zoon van wijlen Walterus Francken van Akeren, verkocht heeft aan zijn broeder en aan Petrus, zoon van wijlen Walterus Erbarts Loyen, een dagmaat hooiland gelegen in de parochie Esch in de Hoge Postel, tussen de Lage Postel van Adam Loyen en de gemene straat; 3 lopense bouwland, gelegen in Esch bij de kerk, tussen Theodericus Walterusz. van den Camp en heer Ludowicus, zoon van wijlen Lodowicus Erbarts; 1 lopense land te Esch in de Wyecker, met Aleyda Hermannus van den Akeren weduwe en haar kinderen aan beide zijden; 1/6 van een weide, geheten de Collenbergh; een stuk weide, geheten den Buyckbergh, tussen mr. Petrus Muyckens en vrouwe Maria Martholdus van Wyfflet weduwe en haar kinderen; 1/6 van een weide geheten het Moervelt, gelegen in de parochie Vught St. Pieter, tussen Petrus Martini en Jacob Claess.