Jacob Gielis Loerssoen, Jan Hessels, Adriaen Swegens, Gerit Wirloffs (Witlox), Jan Diebeeldt (Dibbolts) en Goyaert Jan Claessoen, schepenen in Helvoirt, verklaren, dat voor de gebannen vierschaar enige inwoners van Nieuwkuijk getuigd hebben, dat het recht en de schouw van de ingezetenen van Nieuwkuijk tussen het land van Heusden en Nieuwkuijk eindigt aan een wiel geheten den Decker, gelegen op het eind van de Haersteegde ten godshuize geheten op den Donck en dat die van Heusden ten oosten van de lijn van den Decker tot de Langenwiel en van daar tot Willem Zeghers wiel geen recht hebben. Voorts hebben enige inwoners van Giersbergen voor Wouter Backs, vorster van Helvoirt, getuigd, dat een graft van het huis van Giersbergen, geheten de oude graft, gelegen is om de huizinge van Giersbergen, zoals het hof van Giersbergen daar begraven ligt.
Jacob Gielis Loerssoen, Jan Hessels, Adriaen Swegens, Gerit Wirloffs (Witlox), Jan Diebeeldt (Dibbolts) en Goyaert Jan Claessoen, schepenen in Helvoirt, verklaren, dat voor de gebannen vierschaar enige inwoners van Nieuwkuijk getuigd hebben, dat het recht en de schouw van de ingezetenen van Nieuwkuijk tussen het land van Heusden en Nieuwkuijk eindigt aan een wiel geheten den Decker, gelegen op het eind van de Haersteegde ten godshuize geheten op den Donck en dat die van Heusden ten oosten van de lijn van den Decker tot de Langenwiel en van daar tot Willem Zeghers wiel geen recht hebben. Voorts hebben enige inwoners van Giersbergen voor Wouter Backs, vorster van Helvoirt, getuigd, dat een graft van het huis van Giersbergen, geheten de oude graft, gelegen is om de huizinge van Giersbergen, zoals het hof van Giersbergen daar begraven ligt.
Eenv. 17de eeuws afschrift.
Voor het origineel zie inv. nr. 578 (?)