Henrick van Steenhuys en Jacop van Tegelen, schepenen te Grave, oorkonden, dat ten overstaan van de richter en van hen, Jacop van Teglen, genaamd Doepper, en Henrick e.l. aan Volpart Henricxsoen hebben opgedragen een rente van 1 malder rogge met 2 schepenbrieven (regesten 13 en 17).
Gegeven jnt jair onss Heeren dusent vyerhondert twee endetsestich duodecima die mensis May.
De zegels van Henrick van Steenhuys en van Jacop van Tegelen beschadigd.
Oorspronkelijk op perkament.
Henrick van Steenhuys en Jacop van Tegelen, schepenen te Grave, oorkonden, dat ten overstaan van de richter en van hen, Jacop van Teglen, genaamd Doepper, en Henrick e.l. aan Volpart Henricxsoen hebben opgedragen een rente van 1 malder rogge met 2 schepenbrieven (regesten 13 en 17).
Gegeven jnt jair onss Heeren dusent vyerhondert twee endetsestich duodecima die mensis May.
De zegels van Henrick van Steenhuys en van Jacop van Tegelen beschadigd.
Oorspronkelijk op perkament.