Archieven

1 Subdivisie tusschen de kijnderen Adriaen Matthijss.
Voor Gerart Henrick Coppen ende Jan Aerts vander Donck, schepenen in Berlicum, zijn verschenen Matthijs sone wijlen Adriaen Matthijs Willemss van Herenthom ter eenre ende Jan Henrick Dircxen als man van Meriken dochtere wijlen des vors Adriaen Matthijss van Herenthom ter andere zijden. Die hebben met malcanderen geraempt zeeckere subdivisie ende erffscheijdinghe ende erffdeijlinghe vanden naebeschreven parceelen van erffenissen hen subdividenten door doot ende afflivicheijt des voirs wijlen Adriaen Matthijs Willemss aengecomen.
(1) Mathijssen soone wijlen Adriaen Matthijs Willemss van Herrethom is te deel gevallen: huijs, erffve ende hoff ende de hellichte van eenen acker lants soo hoplant als ackerlant wesende, den geheelen acker lants 12 lopensaten lants groot sijnde genoempt gemeijnlijck den hovelacker, gelegen in Berlicum ter plaetsen genoempt Middelrode bij den groenen hovel aldaer, belendingen: den vors groenen hovel; Dimpna weduwe wijlen des vors Adriaen Matthijss met hare kijnderen; de gemeijn straet; de gemeijn Aa stroom daerachter vlietende ende erffenisse der vors Dijmpna ende haren kijnderen met eenen hoeck, tsamen mette opgaende eijcken boomen ende houtwassen daerom staende, dese hellicht int midden te dwers aff te meten tegens dander hellichte hier nae genoempt; item d’een hellichte van eenen camp hoij ofte weijlants den geheelen camp 6 merghen lants groot, genoempt den reitscamp in Berlicum tot Middelrode, belendingen: Wouter van Achelen; de gemeijn strate; jonker Henrick Franssen van Gestel raidtsheer der stadt sHertogenbosch; jonker Boecop tot Gestel; deese hellichte tegens dander naebeschreven hellichte gelijckelijck int midden aff te meten westwarts naer erffve des vors Boeckops.

2 Matthijs sone wijlen Adriaen Mattijssen van Herethom vanden zelven Matthijssen ende wijlen Aelken sijne huijsvrouw dochtere Adriaen Rutten tsamen verwect, heeft op het alinghe recht, actie ende toesegghen hem competerende in deen hellichte van eenen camp hoijlants anderhalven merghen groot binnen de vrijdom der stadt van sHertogenbosch opte Dunghen inde plaetse genoempt de donck, belendingen: Jan Willem Aertss; Matthijs Jacob Adriaen Spirincx; Herbert Stevens; Hendrick Adriaens vander Aa te Dunghen; welcke camp lants den vors Matthijssen ende Jannen Hendrick Dircxen als man van Meriken dochter des vors Adriaen Matthijss van Herethom door doot ende afflivicheijt van henne vors ouders is aengecomen; ten behoeffve vanden zelven Jannen Henricxz sijnen swager erffelijck vertegen ende gerenuntieert.
Actum 17-3-1627. Testes scabini Jan Corst Henrick Spirincx ende Jan Aerts vander Donck.

3 Jan Henrick Dirckssen als man van Merijken dochtere wijlen Adriaen Matthijs WIllemss van Herethom heeft een stuck ackerlants 4 lopensaeten lants groot sijnde, met sijne houtwassen, rechten ende toebehoirten, gelegen in Berlicum ter plaetsen genoempt Middelrode genoempt het braecxken, belendingen: Dijmpna weduwe wijlen des vors Adriaen Mattijssen van Herethom; Matthijs Janssen van Herethom; de gemeijn Schijndelsche strate; erffe des voors Dijmpna; vercocht aan Mathijssen sone wijlen Adriaen Matthijssen van Herethom sijnen swager.
Actum et testes ut supra (Actum 17-3-1627. Testes scabini Jan Corst Henrick Spirincx ende Jan Aerts vander Donck).

4 Jacob Peter Jacobs.
Joachim sone Gerart Joachims voor hem selven, Henrick Lamberts Vuchts als man van Jenneken, oock voor een dordegedeelte, Jan sone Rut Janssen vander Aa voor hem selven ende sijne consorten ende medeerffgenamen oock voor een dordepart, Claes Tonissen als manv an Jenneken een dochtere Tijs Jan Tomass ende Jan Thijssen soo voor hem selven als mede voor henne consorten ende mede erffgenamen hem sterck makende, oock voor een dordepart; hebben alle henne gerechticheijt hen tsamentelijck competerende in 2 versceijde renthen, elck wesende van 9 gulden jaerlijcx, welcke vors 2 renthen Jan Janss vander Aa beckere ende inwoonende borger doen hij leefde der stadt Breda geconstitueert hadde op zeeckere 2 huijsen gestaen inde vors stadt; vercocht aan Jacob Petr Jacobs out president tot Roosmalen.
Testes scabini Wouter Aert Daniels ende Jacob Martens, actum 18-2-1628.