Archieven

1 Door schepenen van Cuijk is een testament opgemaakt voor Jan Hagens, wonende tot Haps. Hij benoemt tot zijn universele erfgenamen Wilhelmina Hagens zijn broeders dochter; Wilhem en Joost Hagens, kinderen van Jasper Hagens, gewezen advocaat te Grave in haar overleden vaders plaats. Verder legateert hij aan de kerk van Haps 100 Carolus gulden en verder nog aan Petronella de meid, die tegenwoordig bij pastoor Bloemarts woont, voor getrouwe dienst vijftig gulden.

2 Voor schepenen van Ledeacker verschenen Aert Peters en Jenneken Aerts, eerst getrouwd geweest met Elbert Aerts, tegenwoordig echtelieden, verklarende hierbij alle eerder opgemaakte testamenten en codicillen in te trekken en bij deze tot universeel erfgenamen te benoemen de drie voorkinderen van de tweede comparante, met name Aert Elberts, Catharijn Elberts en Isabel Elberts. Voor dat tot verdeling zal worden overgegaan wordt eerst het vaderlijk bewijs, in som van 1200 gulden of zoveel meer als comparanten goedvinden, uitbetaald. Bij het overlijden van een van de comparanten zal de langstlevende de helft van nalatenschap verkrijgen en nadat ook de langstlevende is overleden zal ook dat gedeelte naar eerder genoemde erfgenamen gaan.

3 De schepenen te Mill zijn verzocht ten huize van Aeltie Gerrits, welke zwak en ziek op bed op bed lag en haar einde voelde naderen, verklarende alle eerder afgegeven testamenten en codicillen teniet te doen en tot universeel erfgenaam te benoemen Jodocus Jans Verberk en Sybilla Jans, echtelieden, haar testatrices neef en nicht.

4 De schepenen te Mill zijn verzocht ten huize Nelis Willems en Gerritie Jans, echtelieden wonende tot Mill. De eerste ziek in bed liggend, de tweede kloek en gezond. Verklarend alle eerder afgegeven testamenten en codicillen teniet te doen en een testament op te maken ten gunste van de langstlevende en nadat ook de langstlevende zal zijn overleden, alles gaat naar naaste vrienden en bloedverwanten, ab intestato. Legaterend aan de armen van Mill 100 gulden en de gildebroeders van het Catharina gilde een som van 50 gulden.