Archieven

1 Jan Carel van Deursen en Anna Maria Smits, el, wonend te Sambeek verklaren te volmachtigen Alexander Schönermarck, practizijn te Beugen om namens hen te vorderen zodanig deel van nalatenschap van haar zuster Eva Cornelia Smits, in leven echtgenote van Frederik Schroeder, Koninklijk Pruisisch Waldforster te Malberg in het Land van Kleve, zoals hen volgens de locale landrechten toekomt. Deze goederen vervolgens te verkopen. Verder ervoor te zorgen dat Frederick Schroeder een staat en inventaris maakt om geschillen over vruchtgebruik ed. te voorkomen.

2 Huwelijkscontract tussen Willem Peter Munsters weduwnaar van Maria Anna Hendriks, wonende te Rijkevoort, met Hubert en Jan Hendriks als momboiren over zijn minderjarige kind Hendrina Munsters en Petronella Zegers, meerderj. jd, geassisteerd met Johannes Zegers, haar momboir. Er zal sprake zijn van gemeenschap van goederen. Het voorkind Hendrina zal tot huwelijk of anderszins uit de volle boedel worden onderhouden en opgevoed en krijgt als moederlijk bewijs F 200,--. Kinderen uit dit huwelijk worden gelijkgesteld aan het voorkind en krijgen een gelijk deel uit de nalatenschap, na aftrek van voornoemd bewijs. Mochten er geen kinderen uit dit huwelijk worden geboren, zal de langstlevende het vruchtgebruik van de boedel hebben. Mochten er geen kinderen uit dit huwelijk worden geboren en een van beiden overlijdt binnen een jaar en 6 weken, krijgen de naaste bloedverwanten en erfgenamen van overledene niet meer dan F 30,--., terwijl de begrafeniskosten uit de algehele boedel zal worden betaald.

3 Huwelijkscontract tussen Peeter Martens weduwnaar van Maria Thoonen, wonende te St. Anthonis en Maria van der Linden weduwe van Gradus Bouwmans, wonende te Beugen, geassisteerd met Hermanus en Peeter Bouwmans, momboiren over haar 2 minderjarige kinderen Willem en Gradus. Er zal sprake zijn van gemeenschap van goederen. De 2 voorkinderen zullen uit de volle boedel worden onderhouden en opgevoed en als vaderlijk bewijs vooraf uit de boedel elk F 100,-- worden uitgekeerd. Bij vooroverlijden van een van hen gaat F 100,-- terug in de gemeene boedel. Kinderen uit dit huwelijk worden verder gelijkgesteld aan de voorkinderen. Als er geen kinderen binnen dit huwelijk worden geboren en de bruid overlijdt voor de bruidegom, dan krijgt de bruidegom 1/3 van de boedel. Als de bruid de langstlevende is, zal zij de gehele boedel krijgen maar wel de begrafeniskosten moeten betalen.

4 Mathijs Rutten te Groeningen, Jan Rutten en Johanna Rutten te Mullum, bejaarde broers en zuster, herroepen voorgaande testamenten en wilsbeschikkingen. Zij maken tezamen en elk voor zich een nieuw testament waarbij de erfgenamen zijn: Jan Rutten, Theodora Rutten, Gertruij Rutten, Peeter Rutten, Johanna Rutten, Mathijs Rutten en Hendrik Rutten, en verder Hendrina Rutten, enige dochter van wijlen testateurs neef Hubert Rutten. Zij zijn allen kinderen en kleinkind van testateurs broeder Hubert Rutten en diens echtgenote Hendrina van de Staaij. Zij krijgen ieder 1/8 part van alle goederen en gelden. Mocht een van de erfgenamen zonder kinderen komen te overlijden, wordt het aandeel over de overige erfgenamen verdeeld.