Archieven

1 De voogden over de kinderen van Arnoldus de Louw bij wijlen Cristina Godschalks verkopen de navolgende landerijen: 2 akkers aan de Vlaas genaamd Kwadenbosch, ene zijde Joseph Heijmans, andere zijde Jan van Grinsven, ene eind de weg en het andere eind Piet van Venrooij; een kempke genaamd ’t Klootje met de Garstkloot, ingezet door Adriaan de Louw, niet doorgegaan; een bos aan de Wijst, ene zijde Johannes van Berchem, andere zijde Leendert Vos, ene eind de weg en het andere eind Wouter van Oort, ingezet door Adriaan de Louw, niet doorgegaan; een akker in de Hongercamp, ene zijde de kinderen Peter van Uden, andere zijde weduwe van Nistelrooij, het ene eind dezelfde en het andere eind de weg.

2 Carolus Johannes Felix van den Heuvel, pensionaris van de stad Den Bosch en gemachtigd door Adrianus van Stoorenbeeke, wonende te Megen verkoopt percelen land in Heesch: Vier akkers in ’t Calverveld, ene zijde de kinderen Hendrik Schippers, andere zijde Katrien van Krieken en beide einden de weg. Ingezet en gemijnd door Ariaan van Dongen;’t Schuurhofke, de Schuurakkers en akker waar het huis heeft opgestaan met het hofke, beide zijden de eigenaar, het ene einde de Geffensche Heide, andere eind de straat, ook nog Groesvelden. Ingezet door Hendrik Timmermans en gemijnd door Francis Peter van de Ven; Twee akkers naast de Geffense gemeente ene eind de Geffense heide en andere eind de Dwarsstreepen. Ingezet en gemijnd door Hendrik Timmermans; Vier akkers in de Agtersten Akker, ene zijde kinderen Hendrik Schippers en andere zijde Hendrik Timmermans, ene eind de erve van Marten van de Wetering en het andere eind de weduwe Jan van Gog. Ingezet door en gemijnd Hendrik Timmermans.

3 Johannes Schel, vorster verkoopt de boedel van Johannes Bartel van de Ven, bestaande uit een huis en landerijen. De eerste koop bestaat uit huis en land in Vinkel tussen erve van Maria Joost van de Ven en Ariaan van Gog, het ene eind het volgend perceel en het andere eind de straat; twee strepen land op de Buunders op de Berkt, ene zijde Huijbert Hanegraaf en andere zijde Lambertus van Bakel, ene eind de Buundersteeg en het andere eind het vorig perceel. Ingezet door Hendrik Hoh. Schel en gemijnd door Piet van Venrooij; De tweede koop bestaat uit een halve weicamp in de Weijde, ene zijde Francis van de Ven en andere zijde de erfgenamen van Hendrik van Gestel, ene eind de wetering en ander eind Geert Aart van Heesch. Ingezet door de heer Breugel van Bronckhorst en gemijnd door Hendrik Joh. Schel; De derde koop bestaat uit de Geerakker met een kort stuk in ’t Binnenveld, beide zijden weduwe Hermanus van Venrooij en beide einden Jan Mulders. Verder een geerhoek zijnde weide, ene zijde Catharina van de Wetering en andere zijde Piet van Venrooij, ene eind Hendrik Joost van de Ven en ander eind de Steeg. Ingezet en behouden door Johannes Seegers; De vierde koop bestaat uit heiveld in de Bunthof, ene zijde Francis van Rooij en andere zijde Hendrik van Sleuwen, ene eind Catharina van de Wetering en ander eind de steeg. Verder een weistreep genaamd Kortland, ene zijde Driek Ruijs en andere zijde en een eind de kinderen van Hendrik Schippers en ander eind de steeg. Ingezet door en gebleven bij de heer Breugel van Bronckhorst.

4 De schepenen verkopen een bunder op de Berkt bij het Soggelsteegje, zuid en west wegen, noord Aart Rut van Venrooij en oost de gemeente. Ingezet door Francis Broeksteeg en gemijnd door Johannes Joost Leije.