Archieven

1 Schepenen hebben het advies gelezen dat is ingebracht waarin gevraagd word 600 gulden kapitaal te verkopen staan de te vorderen op het corpus van Dinther, welk voorstel door ons wordt goedgekeurd. Getekend: Wijnant Jacops, Goossen Cornelissen, Jan Jan Goossens, Thoni Laurensen Jungers.. (zie scan 013 daar is sprake van 600 giulden op het corpus, deze akte 001 is handschrift van secretaris Niekens, de akte van scan 014 is 13 juli 1701 eveneens handschrift van secretaris D. Niekens)

2 Ondergetekenden Hendrick Jan Willems van de Groenendael als vader en voogd over zijn 3 minderjarige kinderen Jenneken, Lijsken en Heijlken, verwekt bij Jenneken Willem Meeussen, welke de dochter was van wijlen genoemde Heijlken (rara, JT), verder Mathijs Jan Suijskens ook als voogd over de 3 genoemde kinderen verklaren dat hij suppliant op 11 juni j.l. een openbare inzet heeft doen houden voor de drie vierde parten van een huis, tuin en aanliggend land in totaal groot 3 lopenzaad te Dinther, genoemd het Kerkvelt, belendend Bruno ter Heerenhaaff, de kerk van Dinther, de straat daar. Nog betreft het een zesde deel van het vierde part van een hooibeemd genoemd de Sleebosch gelegen onder Heeswijk, belendend Jan Willem Meussen, Johan Bogaerts, de rivier de Aa, Peter Peeters Dobbelsteen. Het hoogsel daarvan is geweest op 18 juni j.l. Het is met deze comjuntuur zo dat de 3 erfdelen van deze 3 minderjarige kinderen in die 3/4e parten etc. samen met de andere gedeeltes beter verkocht worden dan behouden omdat de 4 minderjarige kinderen weing profijt van hun bezit hebben , minder dan de rente van het geld bij verkoop opbrengt. De supplianten namens de familie van moeder en van vaderskant geven toestemming om het bezit te mogen verkopen, (006) en dit bezit voor secretaris en schepenen te doen vastleggen, alles onder voorbehoud van goedkeuring door schepenen. (007) Het geld van de verkoop aan te wenden voor de kinderen danwel het geld tegen rente uit te zetten. Datum 16 juni 1654, ondertekend : merkteken van Wijnandt Jan Suijskens.

3 Claes Janssen van Laerschot, handelend wegens het sterfhuis van de familie van vaderskant, verklaart als naaste buurman kennis te hebben van het ingediende verzoek (vervolg?)

4 Aan heren schepenen. Ondergetekende Jan Ariens wonend op Haselbergh te Dinther,geeft te kennen dat hij na het overlijden van zijn vrouw het vruchtgebruik heeft behouden van een huisje met aanliggend land, groot een malderzaad ter plaatse voorschreven. Omdat hij een zeer hoge ouderdom heeft en in grote armoede verkeert kan hij nauwelijks de kost voor zijn gezin winnen, en is verplicht om 50 gulden lenen om te kunnen leven en zijn huis te repareren. Hij dient daarvoor toestemming van schepenen te krijgen. (010). Datum 27 april 1662. Ondertekend : Ambrosius Claesen van Berkel, merkteken van Jan Willem Meeussen, Dierck Janssen, Hanrick Peters, G. Trip de jonge secretaris (in marge : schepenen vragen het verzoek voor te leggen aan de naaste familie etc. datum 27 april 1662)