Archieven

1 Registratie van de opdracht van 26-02-177 opgemaakt te ’s-Hertogenbosch van Godefridus Tabbers, wonend te Dinther in verband met overdracht ten behoeve van zijn zoons Johannes Lambertus Tabbers en Lambertus Tabbers, welke bij hem inwonen. Het betreft een schepen-schuldbrief groot f 100,-- hem bij Antonij Penninx, Johann Penninx en Johannes Somers, allen te Dinther onder generaal verband van de schepenen van Dinther van 14-03-1776 geloofd. Een schepen-schuldbrief groot f 50,-- bij voornoemde Antonij en Johannes Penninx voor schepenen van Dinther 30-04-1776 geloofd. Drie stukken teulland binnen de heerlijkheid van Heeswijk aan den Donkeren Dijk, hem aangekomen bij transport van Lambertus van Hedel te Heeswijk voor schepenen 13-05-1776. Een huisje met een hofje binnen Dinther in den Dodenhoek, naast het erf van Piet van Gog en de andere zijde de weduwe van Gog en voor de gemeente. Hem aangekomen bij transport van voornoemde weduwe voor schepenen te Heeswijk.

2 Registratie van de opdracht ten behoeve van Wouter van Sleeuwen, gepasseerd voor schepenen van ’s-Hertogenbosch 14-02-1777. Willem van Sleeuwen, zoon van Dirk van Sleeuwen draagt een huis over, met hof en binnenveld met zijn voorpotingen en gerechtigheden in het Loosbroek naast het erf van de verkrijger, andere zijde Peter Waterlaet, strekkende voor van het erf van Corstiaan van Sleeuwen, achter tot op de gemeente van Dinther. Twee percelen teulland genaamd de Plester, de Lander; een perceel hooiland genaamd de Heesecamp; een perceel land genaamd de weijde in de Hoeff; 3 stukken teulland genaamd het Nieuwe Land; twee percelen hooiland in de Oude Bleeken; alles gelegen onder Heesch in Maasland; een perceel teulland onder Dinther genaamd den Hassent en een perceel land genaamd den Broekcamp onder Heeswijk. Comparant verkoopt aan Wouter van Sleeuwen wonend te Heesch in Maasland in het Loosbroek voor f 2.000,--.

3 Registratie van de gelofte ten behoeve van de heren A. en S. Baas, gepasseerd 26-08-1777 voor schepenen van ’s-Hertogenbosch. Jacob Kien en Melchior van Gaens, schepenen van ’s-Hertogenbosch verklaren dat voor hen is verschenen Wilhelmina Laurentia van Oerle douairière van Arend Graham vrouwe van Avestijn, wonend te Dinther, welke verklaarde f 11.000,-- schuldig te zijn aan de heren Abraham en Simeon Baas, bankiers te ’s-Gravenhage. Als borg stelde zij te Dinther een omwaterd kasteel met huizen, brouwerij, hof, grachten, lanen, teul- en groeslanden, ter plaatse genaamd in het Dorp. Verder een hoeve of huis, esthuis, tuinen, teul-, hooi- en weilanden, alsmede dijken plantages en houtgewas te Dinther ter plaatse genaamd de Ridderhof. Een hoeve, huis, hoven en aangelegen teul-, groes- en hooilanden omrent Loosbroek genaamd den Hanenberg. Percelen heiland en akkerland in het Kerkveld; helft in een perceel land genaamd aan den Heuvel of Pelsakker; teulland op het Pietzel, hooiland in het Dorpsrot aan de rivier de Aa genaamd de Schuurbeemp en een heuvel aldaar genaamd den Burgt. Een huis en aangelag in het Kerkveld aan de Laan van het kasteel van Avestijn. Een perceel teulland onder Heeswijk in den Donkerendijk genaamd Suijskens stuk; hooiland in den Bleeken Akker onder Heesch in Maasland; een huis en bakhuis met aangelegen hooiland genaamd het Geweerbeemptje aan de rivier de Aa onder het dorp van Schijndel in het gehucht Wijbosch; 17 akkers teulland met een Euwsel aldaar; hooiland aldaar genaamd de Kleijnen Sarten; hooi- en weiland onder Rosmalen genaamd in de Hoeven. Comparante aangekomen uit de erfenis van haar broer Willem Graham, in leven luitenant kolonel ten dienste dezer Landen, volgens testamentaire dispositie van 03-03-1763 voor schepenen van Dinther gepasseerd. De akte is doorgehaald en in kantlijn staat dat akte is geroyeerd op 22-06-1789.

4 Registratie van de gelofte ten behoeve van Cornelis Lambertus Ackersdijk te ’s-Hertogenbosch van 18-01-1782. Johannes van der Leest wonend in het Loosbroek onder Dinther; Jan Arienszn van den Boom te Uden; Melis Arien Melis van den Boom te Dinther en Geurt Stoks wonend in het Loosbroek onder Hees verklaren f 900,-- schuldig te zijn aan Cornelis Lambertus Ackersdijk.