7618.260 Index schepenprotocol Stad en Land van Ravenstein (7618.260)
147 Alsoo Willem Anthonissen, nomine exoris, uijt crachte van pretense sententie de dato den 23 januarij, ende mede uijt crachte van de pretense daerop gevolchde taxaet de dato den 8 martij 1710, soo hij voorgeeft door den heere Raad en Advocaet Van Willigen, als speciale commissie hebbende van den heere Landtdrost sijne Genade den Baron van Wachtendonck gegeven; als mede uijt crachte van ranvoij der schepenen tot Amsterdam gedaen aen den Edele Gerichte tot Ravenstein de dato den 13 october laestleden, den persoon van Willem de Vries, als een mede lithmaet van den Eerwaarde Ravensteinsen kerckenraad op den 5e deses maendts novembris heeft laeten insinueeren de voorschreven acte van ranvoij; ende onaengesien den voornoemde kerckenraad a dato voorschreven den behoorlijcken tijd noch competeerende was, om van dit decreet van ranvoij te appelleeren aen den superioren Richter der schepenen van Amsterdam; doet gesinnen, sommeeren en panden tot voldoeninge van het voorschreven pretens taxaet, belopende ter somme van 42-8-0. Voorbehoudens de behoorlijcke costen geresen ende noch te rijsen, a tempore facta taxationis, ende met executie op de goederen van den gesommeerden soo verre geprocedeert, dat den dach der gerichtelijcke vercopinge des gehaelde pandts aen de goederen van den gesommeerden op dato den 28 deses maendts novembris geleght is. Soo laet den voornoemde kerckenraad U. Willem Anhonissen bekent maecken,
Dat sij, alhoewel ongehouden, gereet sijn ende presenteeren aenstonts te betaelen het voorschreven taxaet met de costen van pandingh en slijtingh, ende verdere executie; Voorbehoudens nochtans, dat U. Edele suffisante borge stelt, voor de restitutie der voorschreven somme, in soo verre ende als wanneer sij willen, aen het provintiaele hoffe, ofte daer het gehoorich is in ’s Hage ingehaelt hebben genoechsaeme acten, bevelen en bewijs, ende daer mede bethoont dat dese saeck wegens het ongefondeert ranvoij der schepenen tot Amsterdam,
Dat sij, alhoewel ongehouden, gereet sijn ende presenteeren aenstonts te betaelen het voorschreven taxaet met de costen van pandingh en slijtingh, ende verdere executie; Voorbehoudens nochtans, dat U. Edele suffisante borge stelt, voor de restitutie der voorschreven somme, in soo verre ende als wanneer sij willen, aen het provintiaele hoffe, ofte daer het gehoorich is in ’s Hage ingehaelt hebben genoechsaeme acten, bevelen en bewijs, ende daer mede bethoont dat dese saeck wegens het ongefondeert ranvoij der schepenen tot Amsterdam,
Vervolg:
aldaer in cas, d’appel is aengenomen, ende bij onverwachte verweijgeringe vandien, protesteert men van alle costen en schaden, ende worden soo, indien eenen als anderen vall, wel expresselijk gereserveert, soodane exceptien en protestatien als tegens U pretense sententie ende taxatie als nulliter, noch van een amptsverhoor (als bestaende in Drost en scholtis) noch van een schepen gericht gegeven. Ende daer en boven reserveert alle verdere exceptien, waer van men sich in desen meenichvuldelijck can bedienen, alsmede onder speciael protest, van door de gedane presentatie de pretense sentensie in geenerleij manieren te erkennen ofte door de bovengedaene presentatie sich aen eenighe richteren, ofte in eenigerleij manieren in te laeten dan naer rechten behoort. Dese door den richterbode en schepenen aen Willem Anthonissen te insinueeren. Copije daer van te behandigen, cathegoris antwoord te versoecken van het geinsinueerde ende daer van relaes te geven. Alles salvo salaria.
Dese in abentie van Willem Anthonis aen desselfs huijsvrouw geinsinueert en copije behandigt.
En geeft tot antwoort.
815
Dat sij haer hout aaen haer goet recht en pretendeert van alles voldoninge, sonder sig ontrent de pretense borgstelinge veel weijniger een praetens apel in te laten protesteerende alnog over alle costen schade en intressen. Actum Ravensteijn den 28 november 1711. Coram schepenen.
(getekend) J de Cocq schepen; Gerardus Bol? Schepen; Jan van Merle, richterbode.
Dese in abentie van Willem Anthonis aen desselfs huijsvrouw geinsinueert en copije behandigt.
En geeft tot antwoort.
815
Dat sij haer hout aaen haer goet recht en pretendeert van alles voldoninge, sonder sig ontrent de pretense borgstelinge veel weijniger een praetens apel in te laten protesteerende alnog over alle costen schade en intressen. Actum Ravensteijn den 28 november 1711. Coram schepenen.
(getekend) J de Cocq schepen; Gerardus Bol? Schepen; Jan van Merle, richterbode.
Persoon in schepenakte:
Willem de Vries
Jan van Merle
Ravensteinsen
Willem Anhonissen
Willem Anthonissen
Willem Anthonis
Gerardus Bol
U. Edele
J de Cocq
Datering:
28-11-1711
Pagina:
scan 813-scan 813
Soort akte:
Gerechtelijke verkoop
Plaats:
Ravenstein
Toegangsnummer:
7618
Inventarisnummer:
Bron:
Schepenbanken
Geografische namen:
1 gedigitaliseerd