Archieven

1 Arrien Henrix en zijn vrouw Aaltjen Cornelissen, wonende te Ravenstein, bekennen 130 gulden schuldig te zijn aan Gerardus Ignatius van Rijmsdijck en Deliana Maria van Lith. Onderpand is een zeker hof gelegen voor de poort van Ravenstein in de Corte Hoeven, naast heer Winckelman en Catharina van der Sterren, aan de Contreescharpe; en nog hun huis gelegen te Ravenstein tussen juffrouw Kepkens en Jan Driessen van Uden.

2 Arrien Henrix en Aalken Cornelissen bekennen 50 gulden schuldig te zijn aan de heer G. Ig. Rijmsdijck en zijn vrouw Deliana van Lith. Onderpand is een zeker hof gelegen voor de poort van Ravenstein in de Corte Hoeven, naast heer Winckelman en Catharina van der Sterren, aan de Contreescharpe.

3 Lambert Jans Kleijnen, wonende te Huisseling, bekent 100 gulden schuldig te zijn aan de heer Buschman, predikant en zijn vrouw juffrouw Paringet. Onderpand is zijn huis en hof te Huisseling en nog anderhalve morgen land, genaamd den Erver Ham.

4 Beertje (of Bertjen) Jaspars, weduwe van Hendrik Deenen, wonende te Huisseling, geassisteerd door de schepenen Jan Heijmericx Henskens en Bastiaen Peters, bekent 100 gulden schuldig te zijn aan Anthonenta Kepkens. Onderpand is zeker 5 hont land, genaamd den Reijacker.