7700.41 Index schepenprotocol Veghel (7700.41)
251 Anthonis Laureijnssen, 'inwondere binnen der vrijheyt van Oirschot', had voor de schepenen van deze vrijheid op 02-05-1609 verkocht, opgedragen en 'gerenuncieert' al zijn rechten in de goederen die hij erfde van Jacopsken dochter van wijlen Jan van Helvoirt, ten behoeve van Jan van Helvoirt als man van Meriken dochter van wijlen Jan Dierx Kuijper.
'Soe is nyet tegenstaende alhier gecompareert de voorgenoemde Anthonis, willende pretenderen alsdat hij noch soude hebben in het voorscreven vercopen gereserveert eenighe actie, ende besundere dat 't voorschreven opgedragen ende renuntieren is gepasseert voor de schepenen in Oirschot, d'welck niet en cost noch ende vermochten te weesen bestandt, overmidts de goederen binnen deser heerlijckheyt sijn gelegen, ende dat men eghenen erffgoederen noch gronden van erffen en mach vertransporteren, vest noch opdracht doen, dan daer de selve sijn gelegen ofte in de hooftstadt. Is dijen volgende gecompareert de voorgenoemde Anthonis alhier ter eenre, ende Gerit Henricken ende Henrick Lamberts als momboiren van den onmundighen kynderen wylen Jan Ariens voorschreven met hen gevuecht de vooscreven Meriken', en hebben een accoord gesloten. Meriken 'sal aenleggen ende betalen nu terstont een koeij oft mael ende een malder roggen, die welcke hij midts desen bekent duechelijcken ontfangen te hebben vuijt handen Merikens voorschreven', waarmee Anthonis afstand doet van zijn rechten.
Getuigen: Marten meus Janssen en Gerit Ariaens
'Soe is nyet tegenstaende alhier gecompareert de voorgenoemde Anthonis, willende pretenderen alsdat hij noch soude hebben in het voorscreven vercopen gereserveert eenighe actie, ende besundere dat 't voorschreven opgedragen ende renuntieren is gepasseert voor de schepenen in Oirschot, d'welck niet en cost noch ende vermochten te weesen bestandt, overmidts de goederen binnen deser heerlijckheyt sijn gelegen, ende dat men eghenen erffgoederen noch gronden van erffen en mach vertransporteren, vest noch opdracht doen, dan daer de selve sijn gelegen ofte in de hooftstadt. Is dijen volgende gecompareert de voorgenoemde Anthonis alhier ter eenre, ende Gerit Henricken ende Henrick Lamberts als momboiren van den onmundighen kynderen wylen Jan Ariens voorschreven met hen gevuecht de vooscreven Meriken', en hebben een accoord gesloten. Meriken 'sal aenleggen ende betalen nu terstont een koeij oft mael ende een malder roggen, die welcke hij midts desen bekent duechelijcken ontfangen te hebben vuijt handen Merikens voorschreven', waarmee Anthonis afstand doet van zijn rechten.
Getuigen: Marten meus Janssen en Gerit Ariaens
Persoon in schepenakte:
Jacopsken van Helvoirt
Jan van Helvoirt
Anthonis Laureijnssen
Gerit Henricken
Henrick Lamberts
Jan Ariens
Gerit Ariaens
Jan van Helvoirt
Jan Kuijper
Datering:
15-02-1620
Pagina:
234-235
Soort akte:
Akkoord
Plaats:
Veghel
Toegangsnummer:
7700
Inventarisnummer:
Bron:
Schepenbanken
Geografische namen:
1 gedigitaliseerd