Archieven

1 Voor mij Johan Leermakers, notaris residerend te Boxtel verscheen Iken dochter van Daniel Janssen, inwoonster van Boxtel, ziek in bed liggend maar wel in het bezit van haar verstand wil en geheugen. Ze keurt opnieuw haar testament goed dat ze gisteren op 21 april 1674 voor mij notaris opmaakte. Ze legateert daarbij alsnog aan Gerardina Aelmans woned in *het Henneken* in de Vughterstaat in Den Bosch de som van 50 gulden, welk bedrag direct na dood van de testatrice door haar erfgenamen betaald moet worden. Verder legateert ze aan Niclaes Cornelisse van Sutphen en aan Cornelis en Maria als kinderen va Peeter Cornelissen van Sutphen ieder van hen drieen een zesde part van een stuk akkerland van ca. 4 lopenzaad groot, dat ze heeft geerfd van Jacob Pardoos van Bladel, zijnde de grootvader van moederskant. De testatrice verklaart dat dit de aanvuliing op haar testament is en wil het zo hebben uitgevoerd. Aldus gepasseerd te Boxtel op 22 april 1674, in aanwezigheid van Goijaert van de Weghe en Willem Spierincx als getuigen. Ondertekend : merkteken van Iken Daniel Janssen, Govaert van de Weege, merkteken van Willem Spierincx, J. Leermakers notaris

2 Voor mij Johan Leermakers notaris residerend te Boxtel, verscheen Lenaert van Endeven, Jan Gorisse en Corstiaen van Houting en Willem van Oers, allen timmerlui en inwoners van Boxtel en verklaren ten behoeve van Elisabeth van Loo, moeder en abdis van het klooster van de Arme Clarissen te Boxtel, dat hen is verzocht om het terrein van de Clarissen te bekijken, waarlangs de rivier de Dommel loopt. Het klooster heeft grote last van de loop van de rivier daar en men verwacht nog meer schade door het water. Nadat ze de zaak hebben bekeken verklaren de 4 comparanten dat het nodig is aan de rivier daar voor het erf van het klooster minstens 5 hoofden of vleugels te maken om de loop van het water te controleren en verder bederf van het perceel te voorkomen, welke vleugels naar de mening van de comparnten elk 75 gulden minstens zullen kosten. Verder verklaren ze dat die hoofden of vleugels snel aangelegd moten worden omdat het gevaar dreigt dat het gehele perceel en ook de kerk en het huis van het klooster door de stroom zouden worden weggespoeld. Aldus gedaan te Boxtel in mei 1674, in aanwezigheid van Jacob Marijnen en Henrick Aerts van den Berselaer. Ondertekend : Lendert Lamberts van Eijndeven, Jan Gorissen, Christiaen van Houtum, (boven in de akte Houting), merkteken van Willem van Oers, Handrick van den Bersselaer, Jacop Rutten Marijnen, J. Leermakers notaris.

3 Wij schepenen van Boxtel, verklaren op verzoek van de Arme Clarissen te Boxtel dat sedert mei 1672 tot mei 1674 dat de baronie Boxtel in die tijd naast alle andere dorpen van de Meierij belast zijn geweest voor de contributie van de koning van Frankrijk en dat het klooster is omgeslagen voor 25 omslagen of toebedelingen en dat het klooster daarin bijdraagt voor de som van 8 gulden 3 oort, dus voor 25 omslagen een totaal van 200 guldens en 18 stuivers 3 oort. Het klooster draagt daarnaast voor de verpondngen in deze 2 jaar de som van 93 gulden en 17 stuivers bij. Verder verklaart het bestuur dat men in deze oorlog is genoodzaakt geweest ten lasten van de baronie van diverse personen geld tegen rente op te nemen en wel ca. 30.000 gulden. De bijdrage van het klooster in de rente ervan is jaarlijks 16 gulden. Wij als schepenen hebben daarvoor de borgemeesterscedullen en boeken ingezien etc. Als oorkonde opgemaakt en ondertekend, 16 juni 1674.

4 Voor mij Johan Leermakers, notaris residerend te Boxtel verscheen Bernaert Adriaens van de Sande en Gijsbert Aert van Croonenborch als voogden over Jan, Helena en Anneken minderjarige kinderen van wijlen Daniel Aerts van Croonenborgh. Ze verhuren nu aan Aert Wouters van Doormalen een *stede*, zijnde eigendom van deze kinderen, gelegen te Oirschot in de parochie van St. Odulphus in herdgang Verrenbest, zoals van Doormaalen die nu al in gebruik heeft. De huur loopt voor 6 achtereenvolgende jaren en kan door elk der partijen na 3 jaar worden opgezegd maar die zulks wenst te doen moet met Kerstmis vooraf opzeggen. De huur voor de tuin en de groes gaat in per half maart, het huis en een akker genoemd het Bochttien gaat in per Pinksteren en het teulland in de oogsttijd stoppelbloot alles in dit jaar 1675 en zo moet het ook weer worden achtergelaten. Aert zal daarvoor jaarlijks 114 gulden betalen en 26 omslagen van dorpslasten, verder jaarlijks 1000 pond dakstroo op het huis te moeten leggen. De verhuurder krijgt de helkft van het fruit in de boomgaard. De verhuurder zal alle verdere lasten dienen te betalen die hiervoor niet staan vermeld. De huurder moet het huis goed onderhouden en als er reparaties moeten plaatsvinden moet dat aan de verhuurder worden gemeld en de huurder mag de betaalde kosten ervan dan op de huur in mindering brengen. De huurder moet verder de wegen en waterlopen onderhouden en de burenplichten nakomen. Aldus gedaan te Oirschot op 7 januari 1675, ten overstaan van Andries van de Heuvel en Herbert Joosten als getuigen. Ondertekend : Bernaert Arijnaens van de Sande, Gijsbert Aerts, Aert Wouters van Doormalen, Andries Gijsbert van den Heuvel, Herbert Joosten, J. Leermakers notaris. (de huurder moet nog de kosten van het Besterbroeck mee betalen)