Archieven

1 Jan Lusius en Anna Magdalena Bus echtelieden; Cornelis Meseur en Willemina Lusius echtelieden; Jan Lusius voornoemd in kwaliteit als gevolmachtigde van Johannes Veldman, cannonnier, en Hendrina Lusius echtelieden, volgens volmacht gegeven binnen Doesborgh den 11-12-1792 voor borgemeesters, hebben gevest en opgedragen aan Hendrik Derx, meerderjarig jongman en zijne erven een perceel bouwland ongeveer een mergen groot onder Gassel gelegen, oost de weduwe Theodorus Jans, west de gemene straat, zuid Gerrit Willems en noord de gemene straat. Jaarlijks belast met drie stuivers thijns aan het comptoir van zijne hoogheid te Grave, den 15e januari 1778 aan Hermen Lusius opgedragen voor een som van 300 gulden en 15 stuivers. Gepasseerd te Gassel ten overstaan van Peter Poos, substituut-schout, Gerrit Thijssen en Nicolaas Leenders, schepenen.

2 Geurt van Cuijk en Anna Maria Busch echtelieden bekennen schuldig te zijn aan Jan Lusius en Anna Helena Busch echtelieden en hun erven een som van 250 Carolus gulden en 20 Hollandse stuivers. Waarborg: Huisje, hof en aangelegen bouwland ongeveer een vierde Hollandse mergen groot onder Gassel gelegen, oost Mattheus Schamp, west de Schouwstraat, zuid en noord Nicolaas Leenders, jaarlijks belast met 6 gulden pacht aan het comptoir van zijne hoogheid te Grave. In kantlijn vastgelegd dat 27-10-1799 schuld is voldaan. Gepasseerd te Gassel ten overstaan van Peter Poos, substituut-schout, Gerrit Thijssen en Nicolaas Leenders, schepenen.

3 De kinderen en erfgenamen van wijlen Jan Martens en Anna van de Wiel echtelieden, met name Joseph Aarts en Catharina Janssen echtelieden; Cornelis Roelofs en Maria Gerrits Deenen echtelieden en Peter Jans, jongman, substituut-schout; Laurens van de Wiel; diens broeder Jan van de Wiel, voogd over Albertus, Hendricus en Margaretha Jans, minderjarige kinderen van voornoemde Jan Martens en Anna van de Wiel; Cornelis Roelofs en Jan van de Wiel voornoemd als voogd over de minderjarige Hendrik Martinussen, zoon van voornoemde Maria Gerrits Deenen, vrouw van Cornelis Roelofs, uit haar eerste huwelijk met Martinus Janssen hebben gevest en opgedragen aan Jan van de Wiel en Petronella Thijssen echtelieden en hunne erven een perceel hooi- of weiland ongeveer een halve mergen groot in den Hoogen Wolfscamp onder Gassel, ene zijde de Maas; andere zijde de veertien hond, ene eind den Lagen Wolfscamp, andere eind de heren de la Geneste en van Teurnhout, zijnde de gehele Hoogen Wolfscamp. Jaarlijks belast met vier gulden, acht stuivers en veertien penningen aan het gasthuis te Grave, voor 710 gulden, 18 stuivers en 12 penningen. Gepasseerd te Gassel ten overstaan van Peter Poos, substituut-schout, Gerrit Thijssen en Nicolaas Leenders, schepenen.

4 Vincent van Turenhout te Grave als gevolmachtigde van Augustinus Tilmanus van Rijkevorsel, koopman te ’s-Hertogenbosch, gepasseerd op 25-01-1796 voor notaris Jan de Gier, heeft gevest en opgedragen aan Peter Poos en Maria Willems echtelieden voor de ene en aan Hermanus Kempen en Helena van Hout echtelieden voor de andere helft twee mergen van een onverdeeld hooi- of weicamp, Meester Janscamp genaamd, in het geheel ongeveer vier Hollandse mergen te Gassel, oost Lensencamp, zuid de togtgrave en noord den Langencamp, zijnde jaarlijks belast met 25 stuivers aan het Sint Elisabeths Broederschap. Het recht van de 40e penning is met 82 gulden voldaan aan G.W. van Hansewijk d.d. 13-02-1796. Het verkoopbedrag luidt 3250 gulden. Gepasseerd te Gassel voor G. Thijssen president-schepen, Klaas Linders, Kersten Martens en Hendrik van Raaij, schepenen.