Archieven

1 Jan Dirks van Geffen en Leendert Jan Neelisse gehuwd met Petronella van Geffen hebben een verdeling gemaakt van de goederen hen nagelaten door hun (schoon)ouders Dirk van Geffen en Cornelia Francisse. Aan Jan Dirks van Geffen is ten deel gevallen: een huis op Donsel, het ene eind de hei en het andere eind Jan Jan Roelofs, weiland in Steenbergen, houtwas en land in de Agterstraat, land in de Weijdenhof, twee stukken land aan de Haal, een hof en land op de Hoogstraat, een beemd in de Agterstraat, land aan het eind van de Steeg, land naast de Rijnenhof, een kampje in de Busland aan den Rigtweg, land in de Haage in de Cromstraat, land op de Schellen, land op de Steeggraaf, een stuk Nieuwland, land in den Boestenhof, een vierde part in een Nieuwen Camp, een nieuwe bunder op Donsel, land in Teeffelen in de Robbecamp, land in Lithoijen in de Rijkenbeemd en in de Bellegre, land in het Lithoijensbroek in de Heijnenhoef, in de Bruinenhoef , in de Laakenshoef en in het Kleijnbroek in de Vergraarehoefe euwzel, twee stukken land op Kotter, twee stukken land aan het Tooren, drie stukken land aan het einde van de Steeg, drie stukken land op de Juijlen, land op Kleijnwijk, twee stukken land bij de kerk, een perceel in de Biest, een beemd in de Groote Vlaas, land over het Weegske naast de Biest, land in het Kerkevelt, drier stukken land op de Hofstad, land op Kleijnwijk, land in het Jan van Rooij Eeuwsel, rijswas aan de Breedenbos, land in Oijen in de Meerkens, land in Teeffelen in de Meerkens, houtwas in de Robbecamp, land in Lithoijen in de Rijkerbrummert, in de Robbershoef, in de Bruijnenhoef en in de Smaltweefelen.

2 Op verzoek van Johannis Wijnen worden Hendrik van der Heijden en Engelina weduwe van Dirk Tijssen ondervraagd hoe het was gegaan over het verhuren van een huis en aangelag op Meijnzel door Adriaan Hendrik Gijsbers aan Johannis Wijnen. Zij beiden waren aanwezig in het huis van Lambert van de Bogert alwaar de verhuur van het huis werd besproken en wie aan welke verhuurcondities moest voldoen.

3 Geert Hendrik Janse verkoopt voor honderd gulden een perceel teulland op Weijen aan Willem Aarts. Zij komen overeen dat de koopsom niet meteen betaald hoeft te worden, maar kan worden voldaan in vier termijnen van achtentwintig gulden en een nieuwe rok en hemdrok.

4 Vorster Barend Croes, gemachtigd door Willem van Gullik, collecteur der verpondingen, neemt goederen in arrest van de weduwe Aart Joosten om daarmee een schuld aan de verponding te kunnen voldoen.