Archieven

1 Antonius Theodorus Lathouwers, wonende te Oss verklaart ter instantie van Franciscus Aloijsius Boeracker, medicinae doctor mede wonend te Oss, dat hij met zijn vrouw op zondagavond 13-7-1806 zich heeft bevonden ten huize van J.P. le Heu, mede wonende te Oss en dat hij weet, dat de requirant verzocht heeft aan zijn vrouw, benevens de dienstmeid van voornoemde le Heu, met name Angenees van Loon en de vrouw van Gijs van Uden om Theodorus de Louw en Jan Baptist de Louw, die eveneens ten huize van le Heu, waren naar huis te brengen en dat ze naar buiten zijn gegaan en dat de requirant en hij in de tuin achter het huis zijn gebleven, tot ze terug waren.

2 Willem Verhoeven, oud circa 31 jaar wonende te Oss verklaart ter instantie van Jacobus Philippus le Heu, schout-civiel van Oss, dat hij gisteravond 3-10-1808 circa half 8 zich heeft bevonden ten huize van Dirk van Nimwegen in gezelschap van twee of drie mensen van Heesch, die hij niet kende en dat hij benevens Gerardus Bevink, wonend te Oss een woordenwisseling met die mensen uit Heesch zijn geraakt en later buiten ruzie hebben gekregen. Willem Verhoeven kreeg een steek van achter onder de rechterarm, welke wond hij ’s avonds door chirurgijn Verbeek heeft laten verbinden.

3 Dielis Willem van Loon, oud circa 24 jaar; Johannes Willem van Loon, oud circa 26 jaar en Peter Klaas Schuurmans, oud circa 45 jaar, wonende te Oss verklaren ter instantie van de Hoogschout van ’s-Hertogenbosch verklaren, dat ze 4 a 5 weken geleden samen naar Alphen zijn gegaan en onderweg bij Teeffelen hebben ontmoet Francis Johannes Hartogs, Jan Aarts van Haaren en Peter Klaas Schuurmans, welke personen ze voorbij liepen en goedenavond wensten, doch dat die personen op kleine afstand met kluiten gingen gooien, ruzie gingen maken, geslagen is en met een mes werd gesneden door Hartogs.

4 Martinus van Vechel, oud circa 42 jaar; Cornelis van den Oever, oud circa 42 jaar; Adriaan Rob van der Heijden, oud circa 21 jaar en Hendrik Zigmans, wonende als knecht bij Gerardus Spierings, oud circa 23 jaar allen te Oss verklaren ter requisitie van de Hoogschout van ’s-Hertogenbosch. Martinus van Vechel en Cornelis van den Oever zijn omtrent Pinksteren gekomen van de verpachting van de Hemelrijkschen waard te Oijen en gaande naar Oss hebben ze onderweg tussen de Oijerbrug en de Waterstraat getroffen, alsmede Gerardus Spierings en Jan van den Heuvel. Ze hoorden een gesprek tussen Johannes de Bie en Hubert Jan Spierings over het rapen van koemest en ontstaat er een ruzie, er wordt met gavel en stok geslagen en met mes gesneden.