Archieven

153 Wij Jan van de Heuvel en Jan Jansen Broeren, schepenen verklaren dat voor ons zijn verschenen Adriaen Jaspers van der Cammen, Henrick Goijaert Cuijpers en Jan Claes Cluijtmans, collegaschepenen, daartoe speciaal gemachtigd zijnde vanwege de schepenen, borgemeesters, kerk- en H. Geestmeesters, gezworenen, verder de belangrijkste eigenaars en inwoners van St. Michielsgestel d.d. 16 maart 1673, door allen ondertekend, verklaren op grond van die machtiging aan Aert Rijckerts van den Brandt of toonder dezes een bedrag van 1000 gulden schuldig te zijn, elke gulden tegen 20 stuivers, vanwege van hem geleend geld door hem verstrekt in ducatons en rijksdaalders en door het bestuur van St. Michielsgestel van hem ontvangen ten behoeve van de gemeente. Daarvoor zullen wij hem een jaarlijkse rente van 5 % betalen, vanaf 13 december 1672 gerekend toen dat geld is voorgeschoten totdat er wordt terugbetaald. Zowel het gemeentebestuur als Aert mogen op de vervaldag aflossen of laten aflossen, maar die dat wenst te doen moet 3 maanden vooraf opzeggen en aflossing mag met niet minder dan in rijksdaalders gebeuren. De comparanten als gemachtigden beloven zulks na te komen op onderpand van hun personen en bezit, zowel hoofdelijk als gezamelijk en zullen zich daarbij onderwerpen aan rechtspraak daaromtrent. Als oorkonde opgemaakt en voorzien van het schependomszegel. Datum 22 april 1673.

154 Wij Jan van de Heuvel en Jan Jansen Broeren, schepenen verklaren dat voor ons zijn verschenen Adriaen Jaspers van der Cammen, Henrick Goijaert Cuijpers en Jan Claes Cluijtmans, collegaschepenen, daartoe speciaal gemachtigd zijnde vanwege de schepenen, borgemeesters, kerk- en H. Geestmeesters, gezworenen, verder de belangrijkste eigenaars en inwoners van St. Michielsgestel d.d. 16 maart 1673, door allen ondertekend, verklaren op grond van die machtiging aan Govert Arijens van de Ven of toonder dezes een bedrag van 200 gulden schuldig te zijn, elke gulden tegen 20 stuivers, vanwege van hem geleend geld door hem verstrekt in goed gevalueerd geld en door het bestuur van St. Michielsgestel van hem ontvangen ten behoeve van de gemeente. Daarvoor zullen wij hem een jaarlijkse rente van 5 % betalen, vanaf 13 december 1672 gerekend, toen dat geld is voorgeschoten totdat er wordt terugbetaald. Zowel het gemeentebestuur als Govert mogen op de vervaldag aflossen of laten aflossen, maar die dat wenst moet 3 maanden vooraf opzeggen en aflossing mag met niet minder dan in rijksdaalders gebeuren. De comparanten als gemachtigden beloven zulks na te komen op onderpand van hun personen en en bezit, zowel hoofdelijk als gezamelijk en zullen zich daarbij onderwerpen aan rechtspraak daaromtrent. Als oorkonde opgemaakt en voorzien van het schependomszegel. Datum 22 april 1673.

155 Wij Jan van de Heuvel en Jan Jansen Broeren, schepenen verklaren dat voor ons zijn verschenen Adriaen Jaspers van der Cammen, Henrick Goijaert Cuijpers en Jan Claes Cluijtmans, collegaschepenen, daartoe speciaal gemachtigd zijnde vanwege de schepenen, borgemeesters, kerk- en H. Geestmeesters, gezworenen, verder de belangrijkste eigenaars en inwoners van St. Michielsgestel d.d. 16 maart 1673, door allen ondertekend, verklaren op grond van die machtiging aan Adriaen Henricks van den Brandt of toonder dezes een bedrag van 300 gulden schuldig te zijn, elke gulden tegen 20 stuivers, vanwege van hem geleend geld, door hem verstrekt in ducatons en rijksdaalders en door het bestuur van St. Michielsgestel van hem ontvangen ten behoeve van de gemeente. Daarvoor zullen wij hem een jaarlijkse rente van 5 % betalen, vanaf 22 december 1672 gerekend toen dat geld is voorgeschoten, totdat er wordt terugbetaald. Zowel het gemeentebestuur als Adriaen mogen op de vervaldag aflossen of laten aflossen, maar die dat wenst te doen moet 3 maanden vooraf opzeggen en aflossing mag met niet minder dan in rijksdaalders gebeuren. De comparanten als gemachtigden beloven zulks na te komen op onderpand van hun personen en bezit, zowel hoofdelijk als gezamelijk en zullen zich daarbij onderwerpen aan rechtspraak daaromtrent. Als oorkonde opgemaakt en voorzien van het schependomszegel. Datum 22 april 1673.

156 Wij Jan van de Heuvel en Jan Jansen Broeren, schepenen verklaren dat voor ons zijn verschenen Adriaen Jaspers van der Cammen, Henrick Goijaert Cuijpers en Jan Claes Cluijtmans, collegaschepenen, daartoe speciaal gemachtigd zijnde vanwege de schepenen, borgemeesters, kerk- en H. Geestmeesters, gezworenen, verder de belangrijkste eigenaars en inwoners van St. Michielsgestel d.d. 16 maart 1673, door allen ondertekend, verklaren op grond van die machtiging aan Anthonis Henricks van Venroij of toonder dezes een bedrag van 200 gulden schuldig te zijn, elke gulden tegen 20 stuivers, vanwege van hem geleend geld door hem verstrekt in ducatons en rijksdaalders, en door het bestuur van St. Michielsgestel van hem ontvangen ten behoeve van de gemeente. Daarvoor zullen wij hem een jaarlijkse rente van 5 % betalen, vanaf 22 december 1672 gerekend, toen dat geld is voorgeschoten totdat er wordt terugbetaald. Zowel het gemeentebestuur als Anthonis mogen op de vervaldag aflossen of laten aflossen, maar die dat wenst te doen moet 3 maanden vooraf opzeggen en aflossing mag met niet minder dan in rijksdaalders gebeuren. De comparanten als gemachtigden beloven zulks na te komen op onderpand van hun personen en bezit, zowel hoofdelijk als gezamelijk en zullen zich daarbij onderwerpen aan rechtspraak daaromtrent. Als oorkonde opgemaakt en voorzien van het schependomszegel. Datum 22 april 1673.