Archieven

17 De schepenen van de gemeente verklaren een bedrag van 542 gulden schuldig te zijn aan de kapel van Oploo, waardoor men een schuld aan Geurt Willems en een schuld aan Gertruij van de Cruijssen uit Helmond kan aflossen. De schuld is afgelost aan de kapel op 25.04.1727. Scholtus: Hendrik van Oijen

18 Jan Jans, schoenmaker en zijn vrouw Gijssel Jans; Lijsken Jans geassisteerd met voornoemde Jan Jans; de momboir Jacob Jacobs als gemachtigde van zijn vrouw Heijltje Adriaans en namens Jan en Maaike Jacobs, zijn broer en zuster; mede namens Maria Margaretha Daniëls, minderjarige dochter; allen erfgenamen van wijlen Jan Jans, schoenmaker, verkopen aan Walrandt van Steenhuijs, vrijheer tot Heumen en Oploo, een perceel bouwland, groot ongeveer 2 kleine morgen, grenzend oostwaarts aan de beek, zuidwaarts aan Hendrick Hendricx. De kooppenningen zijn al betaald op 05.01.1703.

19 Mechtildis van der Brugge, weduwe en boedelhoudster van Godewaart Walravens, in leven stadhouder van het Land van Cuijk, geassisteerd met Daniel de Rob, gehuwd met Allegonda Tillemans, namens hemzelf en mede namens Godefridus Engelbertus Oddenhoven en als momboir van Anna Cornelia Tillemans en Johannes Walraven, beiden onmondige kinderen van voornoemde Mechtildis uit haar eerste en tweede huwelijk; alles volgens octrooi van Walrandt van Steenhuijs, vrijheer van Heumen tot Oploo van 24.08.1704. Comparanten verkopen aan Aert Hermens een gedeelde derde part van een weikamp, in het geheel groot 18 kleine morgen, gelegen te Oploo aan de Broekkant, zuidwaarts grenzend aan Jacob Roevers, noordwaarts grenzend aan erf van Marten Pouwels en Jan Jans. Van het andere 2/3 part is 1/3 part vrij erf. De kooppenningen bedragen 130 gulden en zijn reeds betaald op 27.09.1704.

20 Mechtildis van der Brugge, weduwe en boedelhoudster van Godewaart Walravens, in leven stadhouder van het Land van Cuijk, geassisteerd met Daniel de Rob, gehuwd met Allegonda Tillemans, namens hemzelf en mede namens Godefridus Engelbertus Oddenhoven en als momboir van Anna Cornelia Tillemans en Johannes Walraven, beiden onmondige kinderen van voornoemde Mechtildis uit haar eerste en tweede huwelijk; alles volgens octrooi van Walrandt van Steenhuijs, vrijheer van Heumen tot Oploo van 24.08.1704. Comparanten verkopen aan Jacob Peter Meuws, een gedeeld derde part van een weikamp. De kooppenningen bedragen 130 gulden en zijn reeds betaald op 27.09.1704.