Archieven

21 Gerhardus Wouter van Grinsven en Piet Geurd Claassen gehuwd met Maria Wouter van Grinsven, beiden wonende te Oss verklaren, dat Wouter Wouters van Grinsven en Jennemie Miggel Dikkens echtelieden op 18-6-1790 voor schepenen van Oss hun testament hebben laten vastleggen, waarbij de voormelde comparanten zijn benoemd tot erfgenamen; Wouter Wouters van Grinsven is reeds overleden en diens weduwe bezit nagelaten goederen in tocht en zij maken overeenkomst, waarin wordt vastgelegd, dat indien eerste comparant of vrouw van de tweede comparant mochten overlijden voor de weduwe Wouter Wouters van Grinsven, kinderen van vooroverledenen hun plaats zal mogen innemen.

22 Frederik Kreitz, wonende te Oss en Gijsbertus Ruijs, wonende te ’s-Hertogenbosch verklaren te zijn overeengekomen, dat eerstgenoemde zal afzien van huur van huis en tuin van tweede comparant, thans door hem bewoond en dat hij met Pinksteren het huis zal verlaten en 35 gulden zal betalen.

23 Jacobus van de Goor en Barbara Hanssen echtelieden wonende te Oss maken testament op langstlevende.

24 Gosewinus Goossens en diens zoon Jacobus Goossens, mitsgaders Jan de Gester en Willem van Vugt allen wonende te Oss bekennen 800 gulden schuldig te zijn aan Hubertus Johannes van Roermund, medicinae doctor mede wonende te Oss.