Archieven

21 De heren Damas van Slingelant en Arent Aalbert de Reuver zijn de gecommitteerden m.b.t. de pacht van de houtschatten en onderrentmeesterschappen. In dit verband wordt genoemd het ‘hooven en erven’ in de dingbank van Bergeijk waarvan een zekere Johannes Borgers uit Riethoven de pacht zal aannemen.

22 Bericht op een rekest van de schepenen en gemene ingezeten van Schijndel die om permissie vragen om die tienden, zowel granen als smalle als hoptienden die de heren doctoren van de Theologische Faculteit in Leuven gewend zijn te heffen weer voor enige jaren in admodiatie te mogen aanslaan, zoals voorheen is gebeurd. Aanvankelijk afgeslagen en later toch geaccordeerd.

23 Bericht op een zéér uitvoerig rekest van de regenten van Hilvarenbeek en Diessen inzake de aflossing van door borgemeesters opgenomen kapitalen met allerhande specificaties. In het stuk worden o.a. genoemd Jacobus Coenraets drossaard van Hilvarenbeek.

24 Bericht op een rekest van Adam Verhoeven, Arnoldus van Moersel en Adriaen van Ostaden inwoners van het kwartier van Oisterwijk die permissie vragen om een veld ter grootte van een morgen te mogen uitmoeren in het broek achter de molen ter Borgt en een veld van vier lopensen omtrent de Gemelhoeken, als ook een veld genaamd de lage beestenvelden onder de hoeve de Bogt gelegen groot negen lopensen en nog een hooiveld genaamd de Hooibeemd.