Archieven

5 Afrekening tussen Jan van Rooij man van Isabella Fabrie woonachtig te Schijndel aan de ene kant en Helena Fabrie jonge dochter ook te Schijndel geassisteerd door Gijsbert Adriaans van der Schoot aan de andere kant vanwege een verkocht huis en landerijen onder Sint Oedenrode .

6 Deling van goederen in 3 loten of staken onder Peeter Jansse van Gerwen man van Hendrina Peeter Zeegers, Hendrik Peeter Peeter Zeegers bejaarde jongeman en Catalijn Peeter Zeegers bejaarde jonge dochter geassisteerd door Johannis Rijsterborgh allen kinderen en erfgenamen van wijlen Peeter Zeegers en diens vrouw Hendrina Hendrik Heijmans in leven echtelieden o.a. huis esthuis hof boomgaard en landerijen in het Wijbosch bij de kapel.

7 Testament van Johannis Jansse Verhagen en Peternella Jansse van der Haigen echtelieden waarin voorts worden genoemd: Jan de zoon van Peeter Vogels die het huis in Wijbosch krijgt, de broers van de testateur nl. Peeter en Lambert en Jan Jansse van der Hagen .

8 Getuigenverklaring door Jennemaria van Luijk, Hendricus Rijsterborgh, Johan Rijsterborgh en de weduwe van wijlen Innocentius Egidius Bernuly in leven mr. chirurgijn allen lieden van competente ouderdom uit Schijndel behalve de 2e die te Bakel woont die verklaren ter requisitie van Lucas Rijsterborgh president te Schijndel nl. dat de requirant op maandag de 21e augustus is geweest ten huize van den secretaris alhier en dat toen aldaar is gekomen Petrus Grootvelt predikant alhier die tegen Lucas zei: “Daar is een brief”. Lucas zei daarop: “Van waar is die brief”. De predikant antwoordde : “Van den stadhouder”. Lucas heeft vervolgens de brief opengemaakt en ook gelezen en zei toen tegen de predikant: “ ‘tIs wel ik sal mij naar den inhoude gedragen, waarop de predikant ‘seer bestorven‘ was. Onder veel woordenwisseling tussen hem en Lucas zei de predikant: “Wat den persoon van Philip Mulder aanbelangt die is onder de administratie van de diaconije en daar ben ik alleen meester van want men jaagt wel geijten maar geen mensschen” en meer van dergelijke kwaadaardige uitdrukkingen. Even later zei de predikant: “Waarom brengt uw vrouw geen ontlastbrieff”. Ook zei de predikant ‘op een gansch brutaale wijs’ tegen de requirant : “Ik en heb nog geen bloed vergooten” en met die woorden is Grootvelt vertrokken.