Archieven

128 Maria Rodijnen weduwe en testamentaire erfgename van Hermanus Nieuwenhuijsen, wonende te Grave verklaarde schuldig te zijn aan Jan van Osch en Johanna Arts, echtelieden wonende te Grave, een som van 500 gulden Hollands.

129 Melchior de Meuse, ex-ontvanger van de domeinen te Grave, wonende in de Maasstraat te Grave vraagt een bedrag van 3000 francs aan Henri Bernard van Dieren, controleur te ’s-Hertogenbosch voor (zie akte 121): Een huis te Grave aan de Maasstraat te Grave, wijk B. nr. 139; een oliemolen met een paard; Een kwart in een huisje te Grave achter het hospitaal, momenteel bewoond door de heer Abel, in navolging van zijn ouders; Een deel van een ander huis te Grave aan de Brugstraat, bewoond door Wouter van Oosterhout, in navolging van zijn ouders; Een boerderij genaamd de Kleine Mulder te Escharen, bestaande uit een huis, een schuur en knechtenhuis met tien arpens bouwgrond en heide en een boerderij de Nieuwe Hoeve te Reek en Velp, bestaande uit een huis, schuur en knechtenhuis, groot acht arpens bouwgrond en heide.

130 Pieter Harmens Jongedijk, oud-procureur, wonende in de Scheerestraat wijk A, nr. 85 te Grave in huwelijk hebbende Aaltjen Jans Fenema legateert al zijn bezittingen aan zijn echtgenote en herroept alle mogelijke eerdere testamenten.

131 Aaltje Jans Fenema vrouw van Pieter Harmens Jongedijk, oud-procureur, wonende in de Scheerestraat, wijk A nr. 85 te Grave legateert al haar bezittingen aan haar echtgenoot en herroept alle mogelijke eerdere testamenten.