Archieven

138 Jan Anthonis Voets (64); Handrick Gijsberts Smits (65) en Dirck Dirckssen van Kessel (74), alle drie oud-schepenen van Schijndel; Anneken, dochter van Willem van den Oudenhuijs nagelaten weduwe van Paulus Rutten (81) met een verklaring t.b.v. Aert Corstiaens, ook wonende te Schijndel voor wie de notaris heeft voorgelezen een getranslateerde [vertaalde] constitutiebrief gepasseerd voor schepenen van ’s-Hertogenbosch van 1-2-1524 over een erfelijke rente van 3 Rijnsgulden te betalen op de feestdag van Onze Lieve Vrouw Lichtmis [2-2] uit onderpanden te Schijndel, welke attestanten hebben verklaard dat de genoemde requirant Aert Corstiaens deze onderpanden, gekomen van zijn ouders, tegenwoordig bezit, namelijk een woonhuis, esthuis, hof, boomgaard, hopland en akkerland te Schijndel onder hertgang Elschot “ter plaetse genoempt inde Larijstraet” groot circa 10 lopense, een zijde erf van Elisabeth, dochter van Gijsbert Anthonis Smits weduwe van Peter Wouters (zuidwaarts), andere zijde erf van Cathelijn, dochter van Sijmon Jacobs weduwe van Jan Tijssen van Herethum en Anneken, dochter van Willem van den Oudenhuijs (noordwaarts), een eind Jenneken weduwe van Jan Handrickx (westwaarts) bij koop verkregen van Handrick van Esch en ander eind de gemene straat genaamd Larijstraat (oostwaarts); andere onderpanden hebben de ouders van de requirant niet gehad te Schijndel—ook zou het Groot Gasthuis van ’s-Hertogenbosch er grond hebben. Getuigen: Jan Corst Spierincx en Jan Willems van Herethum.