

De minderjarige kinderen van Willen Hanrick Peterssoen krijgen toebedeeld 'een huys, schuer, hostat ende hoff ende metten saylande daer by ende aen gelegen, groot omtrent drie loepense', gelegen aent Havelt in die Daverlaersche tiende
* e.z.: de erfgenamen van Willen Aelephs
* a.z.: Jan van Hoeck met anderen
* voorts: die gemeynt
Ook 'een stuck lants, groet omtrent een sesstersse met een groes veltgen daer aen', gelegen 'in den Tillart anders genoempt den Blanckenborch'
* e.z.: Jan Lambert Jans
* a.z.: Lucia dochter Hanrick Peterss
* e.e.: Goert van Lanckvelt
* a.e.: die gemeynt
Dit deel is belast met:
* een erfcijns van 12 pond payment aan de voorkinderen van Hanrick Thonis van Rysingen
* een grondcijns van 1 1/2 oort te betalen aan de landsheer 'int boeck van Den Bossche'
Getuigen: Willem Hanrick Dircx en Melchior Jans van Tillair, scepenen in Vechel