

Bartolomeus Willemssen en Aert Jan Arienssen hebben verkocht, opgedragen en overgegeven aan Jan Jan Laureynssen een erfcijns van 12 gulden en 10 stuivers, te betalen uit een 'acker teulants den voorschreven Meeus toebehorende, genoemt de Hoffstadt', groot ontrent 2 1/2 lopensaten, gelegen aent Franckefort in de Davelerse tiende
* e.z.: Henrick Dirck Thonis
* a.z.: de gemyne straet
* e.e.: het goed van voorschreven Meeus
* a.e.: de gemyne straet
Aert Jan Ariens stelt als onderpand een 'acker teulants', groot ontrent 4 1/2 lopens, gelegen int Franckefort
* e.z.: de gemyne straet
* a.z. en e.e.: het goed van Claes Gerytsen
* a.e.: het goed van Willem Henrick Jan Claes en Claes Geryts voorschreven
Het goed is belast met:
* een erfcijns van 3 gulden min 4 stuivers aan Sp(latt)e Vervoren
* een cijns van 28 stuivers 'aen St. Achten altaer'
* een cijns van 2 blancken min 1 duit aan de heer van Helmond
De erfcijns is aflosbaar met 250 gulden.
Getuigen: G. Roeffs en Peter van Valderen, schepenen
Bijschrift: Dirck Corsten van Heesweijck, 'inwoonder tot Schijndel, ende als swager, ende Jenneken Teunis Dirckx als nigte, als lasthebbende van Meriken weduwe meester Nicolaes Verhagen, als erffgenamen van Jan Jan Laurijnsen, volgens erffscheijdinge ende deijlinge' van 04-07-1673, verklaren op 03-02-1698 250 gulden ontvangen te hebben van Bartholomeus Willemsen waarmee de erfcijns is afgelost. Getuigen: Arien Smits en Geraert Vermeulen. H. Bijmans, substituut secretaris