62 Missive van L.J.B. Sweerts de Landas d’Oirschot halfheer der vrije heerlijkheid Oirschot inhoudende dat de eer hebbende met en benevens haar Ho: Mo: pro indiviso en dus te samen te zijn heren der gemelde heerlijkheid de vrijheid nam aan de Ho: Mo: voor te dragen dat op 11 maart 1664 door de gecommitteerden van haar Ho: Mo: en gecommitteerden van de toenmalige halfheer van Oirschot den Grave van Merode een reglement voor Oirschot is vastgesteld en ook door haar Ho: Mo: als soeverein was geapprobeerd; dat onder de regering aldaar behoorden twee kerkmeesters waarvan een moest worden aangesteld te Best en de andere te Oirschot aan den Kerkhoff; welke laatste ook de administratie der penningen rakende het inkomen der kerken had en welke somme binnen de drie jaren dat aldaar de kerkrekeningen werden opgenomen die soms wel een som van 2000 gl. bedroeg en dat dus notoir de gegoedheid van 500 gl. niet voldoende en te gering was; hij dient een verzoek in om art.3 van dat reglement te wijzigen. – zie ook folio 1044