Het archief van het Burgerlijk Armbestuur vormt een voortzetting van het oude archief van de Tafel van de Heilige Geest, in de Franse tijd genoemd het Bureau Auxiliaire de Bienfaisance, vanaf 1815 de Algemene Armen en vanaf 1913 het Burgerlijk Armbestuur.
Het K.B. nr. 20, van 31 december 1814 stelde de algemene armbesturen in m.i.v. 1 februari 1815.
Genoemd K.B. gaf tevens inrichting en taak van het armbestuur aan. In gemeenten ten platte lande diende het bestuur te bestaan uit drie armmeesters, te kiezen uit de "geschiktste en braafste ingezetenen", en uit de verschillende gezindheden, daar aanwezig. Benoeming diende te geschieden door het plaatselijk bestuur "binnen acht dagen na ontvangst van dit besluit". De armmeesters bleven drie jaar in functie. Jaarlijks trad er één af, die na verloop van twee jaar weer herkiesbaar werd.
Het algemeen armbestuur had tot taak de aan haar zorgen toevertrouwde armen, ouden van dagen, zieken en gebrekkigen te bedelen. Verder diende het te zorgen voor een goed beheer van de gelden en goederen, toebehorende aan het armenfonds. Echter met de zorg voor de verpleging van behoeftige krankzinnigen werd het gemeentebestuur zelf belast. [Artt. 16-18]
Wet van 28 november 1813, staatsblad 40, houdende bepalingen tot aanwijzing der plaats, waar de behoeftigen in de algemene onderstand kunnen delen; armenwet van 28 juni 1854, staatsblad 100; wet van 1 juni 1870, staatsblad 85, houdende wijziging van de wet van 28 juni 1854 tot regeling van het armbestuur. Armenwet van 27 april 1912, staatsblad 165.
Opheffing van de burgerlijke armbesturen gebeurde rond 1964-1965 omdat per 1 januari 1965 de Algemene Bijstands Wet (ABW) in werking trad en daarna ontstonden de gemeentelijke sociale diensten.
Van het Burgerlijk Armbestuur zijn archiefbescheiden bewaard van de periode 1866-1963.
Daarna heeft het gemeentebestuur nog ingesteld de Instelling voor Maatschappelijke Zorg der gemeente Haps. Bij raadsbesluit van 5 jul 1960 werd de benaming Burgerlijk Armbestuur nog vervangen door de benaming 'Instelling voor Maatschappelijke Zorg', waarbij de taken hetzelfde bleven en uit financiële ondersteuning bestonden.
Toch werd de benaming Burgerlijk Armbestuur Haps ook nog gehanteerd na 1960.
Deze taken nu werd vanaf de inwerkingtreding van de ABW door rijk en gemeente overgenomen.
Voor archivalia van deze instelling die bestaan heeft van 1960-1964, zie: toegang 7208 Collectie Cuijk, Haps, Beers.