Int jaer ons Heren M. CCC. zeven ende vyftich, opten vierden dach van Wedemaent.
De schepenen van Breda, Jonas van der Elst en Willem Leysens getuigen dat Claus van Oekele heeft gegeven aan zijne dochter Laurette, zuster bij de nonnen van Breda, de erfcijnsen die hij kocht van Willem Ruelens, meester Hendrik Mierde, Jan van Halle en Claus Scoendonx (zie akte van 1 October 1353, nr. 70.) alsmede den cijns welke hem Hugo Williaert schuldig is.
Int jaer ons Heren M. CCC. zeven ende vyftich, opten vierden dach van Wedemaent.
De schepenen van Breda, Jonas van der Elst en Willem Leysens getuigen dat Claus van Oekele heeft gegeven aan zijne dochter Laurette, zuster bij de nonnen van Breda, de erfcijnsen die hij kocht van Willem Ruelens, meester Hendrik Mierde, Jan van Halle en Claus Scoendonx (zie akte van 1 October 1353, nr. 70.) alsmede den cijns welke hem Hugo Williaert schuldig is.
Op rugzijde : T. — Claes van Oekele seliger van Breda geeft aen syne dochter nonne van ons clooster eenige chynsen. 1367 (XVIIe e.).
Afschrift : Cart. A, fol. 3 ; cart. B, fol. 40 vso ; cart. C, fol. 5.