Schepenen van Someren oorkonden dat Henrick Jan Denen, man en voogd van zijn vrouw Marij, in ruil overgedragen heeft aan Peter Andries Smits, hun medeschepen, een stuk land in Someren aent Eekersbrouck, grenzend aan goederen van het godshuis van Postel.
Schepenen van Someren oorkonden dat Henrick Jan Denen, man en voogd van zijn vrouw Marij, in ruil overgedragen heeft aan Peter Andries Smits, hun medeschepen, een stuk land in Someren aent Eekersbrouck, grenzend aan goederen van het godshuis van Postel.