Schepenen van de voogdij van Mol oorkonden dat hun medeschepen Godevaert Kerst van Dessel, en Peeter Sleegers, Gregorius Kerst, Mathijs Jan Thijssone, Jan van Mierde en Jan van Loehoeven bekennen schuldig te zijn aan het godshuis van Postel een erfrente van achttien peters per jaar, zoals vermeld in de getransfigeerde akte, op een beemd te Dessel op d’Eynde, palend oost aan het erf van Jonathas Peeters, zuid aan dat van Claes Dries, west aan de gemene straat en noord aan het erf van Peeter Sleegers.
Schepenen van de voogdij van Mol oorkonden dat hun medeschepen Godevaert Kerst van Dessel, en Peeter Sleegers, Gregorius Kerst, Mathijs Jan Thijssone, Jan van Mierde en Jan van Loehoeven bekennen schuldig te zijn aan het godshuis van Postel een erfrente van achttien peters per jaar, zoals vermeld in de getransfigeerde akte, op een beemd te Dessel op d’Eynde, palend oost aan het erf van Jonathas Peeters, zuid aan dat van Claes Dries, west aan de gemene straat en noord aan het erf van Peeter Sleegers.