Carnaval in Ut Germelaand

Toen dit initiatief in 1957 niet herhaald werd, besloten een paar groepen jongeren om carnavalsavonden te organiseren in café-zaal "de Harmonie". Dat was de latere zaal Vugts op de locatie van het huidige Lagerhuis.

De boeren en de burgers vierden apart carnaval. De ene avond waren het de “boeren” van de R.K.J.B. die feestvierden, de andere avond de “burgers”. Dit ging echter niet lang goed. Het volgende jaar al, in 1958, verhuisden de leden van de R.K.J.B. naar Erica. Zij noemden zich vanaf toen Dun Hutspot. De burgers bleven in zaal "de Harmonie", en begonnen dat jaar een officiële vereniging onder de naam De Wielwaaiers.

Zo begon het openbare carnaval in het kerkdorp Mill. Tot een samenwerking tussen boeren en burgers is het nooit gekomen. De boeren (de Hutspotters) gingen wel samenwerken met de Katholieke Arbeiders Jongeren (K.A.J.), die al enkele jaren in besloten kring carnavalsavonden organiseerden.

Dat leidde al snel tot de opheffing van Dun Hutspot. Intussen kregen de Wielwaaiers de erkenning van de plaatselijke overheid als dé plaatselijke carnavalsvereniging. De Wielwaaiers organiseerde dan ook tot 1969 het openbare carnaval in Mill, met de vaste elementen als de prinsverkiezing, de pronkzittingen, de optocht en de carnavalskrant.

Maar niet iedereen was tevreden met de gang van zaken rond het carnaval in Mill. De Zegelvereniging organiseerde in 1962 het eerste jeugdcarnaval, dat later De Foekepot ging heten. In 1964 werd bij café Van de Vorle (later de Kleine Jan) carnavalsvereniging De Bosse Kar opgericht. En in het najaar van 1965 werd in café Lamers carnavalsvereniging De Germe opgericht. Beide verenigingen wilden in eigen omgeving het carnaval vieren.

De Germe verhuisde al snel naar zaal Royal (Keyzers) en daar bloeide de vereniging zozeer dat men zelfs een eigen prins ging kiezen. De Germe deed erg veel voor de bejaarden en de kinderen, de vereniging bracht ook een eigen krantje uit en vierde binnen eigen kring een boerenbruiloft. Ook de bejaarden gingen binnen de bejaardenbond carnavalsactiviteiten organiseren. Dat was de basis voor de latere Elfplussers.

Spanningen en conflicten bleven niet uit en de gemeenschap had met deze situatie lang niet altijd vrede. De stichting samenlevingsopbouw, onafhankelijk van elke carnavalsorganisatie, over een vorm van samenwerking te gaan praten. Na een gezamenlijk beraad ontstond in 1969 een overkoepelend orgaan, waarin iedere carnavalsvereniging met twee personen vertegenwoordigd was. Frans Keurentjes (opbouwwerker) trad op als contactpersoon.

De carnavalsverenigingen zouden blijven bestaan, maar de samenwerking moest leiden tot een aantal gezamenlijke activiteiten. Dit informele samenwerkingsorgaan ging op 23 september 1971 over tot het oprichten van de Federatie van Millse Carnavalsverenigingen. Ook afgevaardigden van De Foekepot en van de Elfplussers traden toe tot de Federatie, zodat die in de jaren zeventig bestond uit De Wielwaaiers; De Bosse Kar; De Germe; De Foekepot en De Elfplussers.

Het federatiebestuur was verantwoordelijk voor het jeugdcarnaval (De Foekepot), de Millse Hofkapel (de Dorstknuppels) en de prinsengarde. Die laatste bestond eigenlijk al: hij was samengesteld uit echtparen die de Millse prins begeleidden. Toen na enkele jaren de "ex-prinsen van Mill" zich georganiseerd hadden, zouden zij deze taak van de prinsengarde overnemen.

Het federatiebestuur organiseerde met ondersteuning van de aangesloten verenigingen en commissies het openbare carnaval, zoals de prinsverkiezing, de pronkzittingen, de carnavalskrant, de optocht, jeugdcarnaval en bejaardencarnaval. De federatievorm bleek een succes en het carnaval kwam in de jaren zeventig tot grote bloei.

Na 1974 kwam de gemeentelijke Kinderoptocht op carnavalsdinsdag. Het Dweilen werd in Mill geïntroduceerd. De kasteleins namen de organisatie hiervan zelf in handen. Tegenwoordig trekken vele honderden mensen op carnavalsmaandag Dweilend door de Millse straten.

In 1978 organiseerde men in goed overleg met de SPD (sociaal pedagogische dienst) Boxmeer een carnavalsavond voor de verstandelijk gehandicapten. Sinds 1977 bestaat de carnavals-ruilbeurs (een van de eerste in de regio). In deze tijd zocht men ook contacten met de carnavalsverenigingen uit de kerkdorpen Langenboom (De Verkuskoppe), Wilbertoord (De Klotstekers) en Sint Hubert (De Bokken). Uit deze contacten ontstond de gezamenlijke “Sleuteloverdracht” en de onderlinge contactavond.

Doordat in 1978 de verenigingen en ook de federatie een rechtsvorm moesten aannemen, is de Federatie van Millse Carnavalsverenigingen aan het eind van dat jaar overgegaan in de SCM, de Stichting Carnaval Mill. Ook de kasteleinsvereniging kreeg zitting in het bestuur van de SCM, zodat alle groeperingen die met het carnaval te maken hebben, vertegenwoordigd waren.

Kort na het oprichten van de SCM hieven de leden van De Germe hun carnavalsvereniging na 13 jaar op. Zij droegen al hun bezittingen en de naam De Germe over aan het stichtingsbestuur. De SCM besloot daarna Mill voortaan “Ut Germelaand” te noemen.