skip naar content skip naar hoofdnavigatie spring naar service navigatie
sluit
Hulp nodig?

Chat is online op maandag t/m vrijdag van 10.00 - 16.00 uur en van 19.00 - 22.00 uur.

Op dit moment zijn we offline. Je kunt je vraag stellen via e-mail of WhatsApp: 06-12887717 (alleen berichtjes)

Meer informatie over de chat-service? Klik hier

Online op dit moment

Stel je vraag

Lisette Kuijper
Lisette Kuijper Bhic
Menu
sluit
Hulp nodig?

Chat is online op maandag t/m vrijdag van 10.00 - 16.00 uur en van 19.00 - 22.00 uur.

Op dit moment zijn we offline. Je kunt je vraag stellen via e-mail of WhatsApp: 06-12887717 (alleen berichtjes)

Meer informatie over de chat-service? Klik hier

Online op dit moment

Stel je vraag

Lisette Kuijper
Lisette Kuijper Bhic

De Commissaris van de Koningin over Maarheeze

Rien Wols
Rien Wols Bhic
vertelde op 1 april 2009
bijgewerkt op 3 augustus 2018
Tussen 1894 en 1928 was Mr. A.E.J. baron Van Voorst tot Voorst Commissaris van de Koningin in Noord-Brabant. Een van zijn taken was het regelmatig bezoeken van alle gemeenten in de provincie. Van die werkbezoeken hield hij nauwkeurig verslag bij. Dit had hij in al die jaren over Maarheeze te melden:

Nieuwsgierig naar zijn handgeschreven tekst? Lees die dan hier.

Maarheeze

Den 28sten. Augustus 1897 bezocht ik deze gemeente; van het station te Budel reed ik over Budel en Soerendonk naar Maarheeze, en vandaar over Leende naar Valkenswaard, waar ik de trein naar Den Bosch nam. Op het versierde Raadhuis vond ik den burgemeester met diens twee wethouders en den secretaris. De burgemeester is een hoogst zwaarmoedig man, die misschien als burgemeester wel op zijn plaats is – hij is bovendien voor Maarheeze zeer gefortuneerd – maar wien toch dikwijls een hart in het lijf moet worden gesproken.

Het schijnt, dat er in Maarheeze nogal wrijving is; althans de raadsverkiezing was niet zonder stemming afgeloopen; men had vruchteloos getracht, een der wethouders den voet te lichten. De herbergen betalen alle f. 25,- vergunningsrecht; er zijn echter zeer goede en slechte herbergen; een der wethouders erkende volmondig, dat het onbillijk was tegenover de kleine herbergiers, dat zij, die goede herbergzaken hadden, ook slechts f. 25,- recht betaalden.

Op mijne audiëntie verscheen niemand dan de pastoor, een 80-jarige grijsaard; deze beklaagde zich er over, dat de herbergen ’s avonds niet tijdig gesloten werden. De burgemeester deelde mij mede, dat de veldwachter een oud, afgeleefd en versleten man was, en dat diens zoon (een onbezoldigd rijksveldwachter) den dienst van zijn vader waarnam. Ik heb er den burgemeester op gewezen, dat, als hij dezen toestand continueerde, dat hij dan later moeielijk met voorbijgang van dien zoon een ander ter benoeming zou kunnen voordragen. Aangezien het veldwachterstractement zoo klein was, raadde ik den burgemeester aan, om te trachten later bijv. een gepensioneerd Marechaussee tot veldwachter te krijgen; dat zijn menschen, die den politiedienst kennen. Zijn ze tot veldwachter later ongeschikt en ontslaat men ze, dan zijn ze niet broodeloos, doordat ze een vast pensioen hebben.

De secretaris kan van zijn tractement niet leven; daarom is hij er boer bij. De administratie van den gemeente-ontvanger was zeer omslachtig; mondeling werd daarop gewezen. De administratie van den gemeentesecretaris was wel netjes, maar sober: bij de bevolkingsregisters ontbrak een register van gevestigde en van vertrokken personen. Het register van notulen van de vergaderingen van B. en W. was eerst in 1897 aangelegd. De ambtenaar van den burgerlijken stand verantwoordde de door hem geheven rechten niet om de drie maanden. Er was geen staat, van wat naar burgerlijk recht eigendom is der gemeente. De inkwartieringslijsten waren niet herzien. Er was geen register van aangifte tot behoud van het Nederlanderschap; geen register van aangifte door stierenhouders; geen register van aanvragen en beschikkingen volgens de hinderwet; geen register van localiteiten, waarin vergunning bestaat tot verkoop van sterken drank in het klein.

Den 17 Mei 1902 kwam ik weer in de gemeente. Ik reed van Eindhoven over Geldrop, Heeze en Leende naar Maarheeze. Vervolgens naar Soerendonk en Budel; en daarna langs denzelfden weg terug. Ik verneem bittere klachten over den invloed van de fabriek te Budel op de arbeiders in Maarheeze. Er heerscht nu gebrek aan werkvolk in de gemeente. Het dagloon ’s winters f. 0,40, ’s zomers f. 0,70 met de kost. Er zijn geen arbeiders meer te krijgen. De loonen van de knechts en meiden zijn hoog; maar men mag niet de minste aanmerking maken, of de knechts loopen weg, en gaan naar “de heide” = de fabriek te Budel, waar men altijd volk te kort komt, en dus zeker wordt aangenomen.

Het werk van den knecht, en dat van de meid is streng afgebakend: bijv. de knecht moet de aardappels uitsteken, de meid moet ze rapen. Zou een boer aan den knecht vragen om mede aardappels te rapen, dan loopt de knecht uit zijn dienst weg. De Heeren gaan dan werken te Budel (2 uur afstand) en rijden op een fiets heen en weer. De menschen hebben in Budel afmattend werk; ze staan er voor de heete ovens, doch werken niet lang, nl. van 6 tot 11 uur; ze verdienen dan 2 frcs. De boeren betalen beter; maar het werk op de boerderij duurt langer; en de knecht heeft minder vrijheid. Zij, die naar Budel gaan werken, komen onderweg langs vele kroegen, en leeren allen drinken.

Veldwachter Van Gils op de trappen van het raadhuis, 1915 (uitgever: D. van List, bron: RHCe)Veldwachter Van Gils op de trappen van het raadhuis, 1915 (uitgever: D. van List, bron: RHCe)

Bij eene verkiezing voor een lid van den raad in October 1901 werd Guns, een zoon van een vroegeren veldwachter in Maarheeze, tot lid van den Raad gekozen. Die Guns maakte fortuin in Amsterdam, naar de kwade wereld zegt, met een slecht befaamd huis in de Nes. Hij schijnt zijn fortuin weer verloren te hebben; althans in April 1902 verhuurde hij zijne woning, zijn jachtterrein enz. dat hij in Maarheeze had, en ging weer terug naar Amsterdam.

Men is zeer tevreden over den veldwachter van Gils; hij is geheel drankvrij en een goed politieman. Men vreest, dat hij spoedig zal benoemd worden tot rijksveldwachter. Men weet geen reden voor het feit, dat er op de openbare school 33 jongens zijn en 20 meisjes. Voor zoverre men kan nagaan, zijn er geene meisjes op de eene of andere zustersschool.

Den 10 april 1905 kwam ik weer in Maarheeze; denzelfden dag bezocht ik Budel, Soerendonk en Leende. Per spoor was ik van Eindhoven naar Neerpelt gegaan; vandaar per spoor naar Budel. Per trein keerde ik later van Valkenswaard naar Eindhoven terug.

De zinkfabriek te Budel, 1893 (Collectie Heemkundekring ‘De Baronie van Cranendonck’, RHC-Eindhoven)De zinkfabriek te Budel, 1893 (bron: Collectie Heemkundekring ‘De Baronie van Cranendonck’, RHC-Eindhoven)

Klachten over de zinkfabriek te Budel zijn verstomd; er werkt nog maar één ingezetene van Maarheeze op die fabriek; de anderen zijn in Soerendonk of in Budel gaan wonen, of blijven voor goed tehuis in Maarheeze. Men is zeer tevreden met de richting Eindhoven-Weert, zooals die nu is vastgesteld, met zijn station te Oudenboom onder Maarheeze. Nu is er ook nog eens kans, dat de weg van Oudenboom naar Maarheeze, langs welken zoovele boerderijen staan, verhard wordt. Men ziet den spoorweg veel liever daar, dan tusschen Soerendonk en Maarheeze.

Te Budel had notaris Joosten mij verteld, dat hij alleen, met uitsluiting van anderen, geheel Maarheeze bediende, en dat hij daar nog nooit een cent te kort was gekomen. In aansluiting daaraan vertelden B. en W. mij, dat het den boeren in Maarheeze buitengewoon goed gaat. De burgemeester heeft een beroerte gehad en schijnt gedeeltelijk verlamd; hij sprak met eene sterk belemmerde spraak; maar ik vond hem minder ongeschikt dan vroeger.

De wethouder Winters woont op Oudenboom; hij is hier brouwer, en voert gaarne het woord; hij scheen mij niet ongeschikt. Wethouder Van Werde was kalmer, niet zoo welbespraakt, maar maakte een gunstigen indruk. Secretaris Guns kan van zijn tractement niet bestaan; is vóór alles boer; kent niets van secretariewerk, heeft er totaal geen begrip van; alles, ook orde en netheid, laten op de secretarie veel te wenschen over; sterk aangedrongen op het invoeren van het doozenstelsel.

De ontvanger, Moons, had zijne zaken goed in orde; voor Maarheeze is hij een heer. Van Gils is nog altijd veldwachter; men roemt hem zeer; hij zal wel geen rijksveldwachter worden, omdat hij te oud is (38 jr). Hij behoeft gelukkig geen nachtdienst te doen; daarvoor is een nachtwachter die gedurende vier maanden in het jaar gedurende 4 uur ’s nachts rondloopt, en daarvoor f. 0,40 per nacht, = f. 0,10 per uur krijgt!

Bij de raadsverkiezingen is er geen wrijving meer; Guns is naar Amsterdam terug en houdt daar weer een café-chantant; en Lammers, een koopman, die altijd met Guns samen deed, is failliet gegaan. Bij de laatste raadsverkiezing werden de aftredende leden bij candidaatstelling gekozen. Ik heb B. en W. sterk aangedrongen om een gedetailleerden staat van gemeente-eigendommen aan te leggen, waarin alle bijzonderheden omtrent cultuur en exploitatie uitvoerig en nauwkeurig vermeld worden. Den Heeren levens aangeraden om het onderhoud der waterleidingen voor rekening van de gemeente te nemen. Bij het uitgebreide gemeentelijke grondbezit kan dat slechts eene geringe vermeerdering van kosten geven.

Er is geene R.C. begraafplaats; de lijken worden, met een beetje gewijde aarde in de kist, op de algemeene begraafplaats begraven. Dr. Feyen uit Hamont (tevens burgemeester aldaar) is gemeentedoctor en krijgt daarvoor f. 100 van de gemeente. Aan betalende patienten berekent hij 1 frcs. Per visite!

Er worden nog steeds opmerkelijk veel minder meisjes dan jongens in de gemeente geboren; dit blijkt ook uit de kinderen, die naar de openbare school gaan. Herhalingsonderwijs wordt er niet gegeven; het wordt niet gevraagd. Armoede wordt er in Maarheeze niet geleden; het algemeen armbestuur beschikt over voldoende fondsen.

Den 14 November 1905 kwam ik weer in Maarheeze. Van Roermond per trein naar Budel; vandaar per rijtuig naar Maarheeze; vervolgens naar Leende; en eindelijk per trein van Aalst-Waalre terug naar Den Bosch. Omdat op 10 April 1905 alles zoo slecht in orde was, ging ik er weer heen, om na te gaan, of aan mijne opmerkingen van April gevolg was gegeven. Er was zoo goed als niets verbeterd; mijn brief had de burgemeester zelfs niet aan de Wethouders laten lezen. Ik heb mij toen op den burgemeester echt boos gemaakt, en hem gezegd, dat ik hem wel zou vinden; hij treedt in Januari 1906 af; ik zal hem vermoedelijk niet ter herbenoeming voordragen.

Er was geen staat van gemeente-eigendommen aangelegd; aan de Heeren het nut daarvan nogmaals duidelijk gemaakt en hen vriendelijk verzocht, dien staat aan te leggen. Aan de waterleidingen was van gemeentewege niets gedaan. Men wil geen herhalingsonderwijs laten geven, omdat de jongens dan ’s avonds op straat komen en misschien baldadigheden zouden kunnen uithalen.

Burgemeester Moons, 1906-1924 (bron: RHCe)Burgemeester Moons, 1906-1924 (bron: RHCe)

Den 8 Mei 1909 kwam ik weer in Maarheeze. Ik reed er in een goed uur vanaf het station Valkenswaard heen; de distantie is 12.5 K.M. De burgemeester Moons vond het noodig, onder aan de trap van het Raadhuis een lange speech te houden, hetgeen hem erg zenuwachtig maakte. De secretarie was nu gelukkig veel veranderd ten goede; naar Verdijk mij mededeelde, zag het er zelfs heel goed uit. Men schijnt den secretaris thans geheel in zijne macht te hebben; de man werd in het najaar van 1908 wegens openbare dronkenschap door den Raad voor eene maand in zijne betrekking geschorst met de mededeeling, dat, wanneer het ooit weer voorkwam, hij er onherroepelijk uit ging. Dat schijnt geholpen te hebben; hij drinkt thans niet meer en geeft zich geheel aan zijn taak, terwijl hij de boerderij door zijne kinderen laat besturen.

Er was thans een staat aangelegd omtrent de exploitatie der gemeentelijke bezittingen; daaraan was blijkbaar veel zorg besteed; als men dien staat “bij” houdt, dan zal men er op den duur veel genot van hebben. Onder leiding van de Heide Maatschappij is men in den afgeloopen winter begonnen met de ontginning van een perceel heide tot groenweide; men stelt zich daarvan veel voor. Het in behoorlijken staat brengen van wegen en waterleidingen werd – volgens B. en W. – in de laatste jaren met kracht aangevat; een beduidende som wordt er jaarlijks aan besteed; B. en W. waren over de resultaten zeer tevreden.

Ik kreeg in alles den indruk, dat de nieuwe burgemeester erg zijn best doet, en dat hij voldoende invloed heeft, om, wat hij denkt, dat goed is, gedaan te krijgen. Moeielijkheden met raadsverkiezingen komen niet meer voor. De ex-bordeelhouder Guns is naar Amerika vertrokken; zijn huis staat nog ledig en is voor eene kleinigheid te koop; zijn gronden zijn verkocht. Zijn vriend Lammers ging failliet, en ligt thans op sterven.

Met de spoorlijn Eindhoven-Weert wordt weinig voortgang gemaakt; er werden nog geen gronden aangekocht. Van Gilse is nog altijd veldwachter; hij voldoet nog altijd zeer goed. Men zou hem gaarne bijverdiensten bezorgen, door hem bijv. aanslagbiljetten van den gemeente ontvanger te laten rondbrengen; zijn tractement schijnt wel wat klein. Dr. Feyen uit Hamont is nog steeds belast met de geneeskundige armenverzorging; hij heeft absoluut geen vertrouwen meer; Dr. Peters uit Weert is thans de groote man. Er wordt thans herhalingsonderwijs gegeven; van baldadigheid der jeugd, waarvoor men vroeger zoo bang was, heeft men absoluut geen last.

Den 10 Maart 1913 kwam ik weer in Maarheeze; ik ging er vanuit Helmond per auto heen; bezocht later nog Soerendonk en Budel; en keerde ’s avonds naar Helmond terug. Er was niemand voor de audientie; ik had dus veel tijd voor B. en W. met wie ik aangenaam zat te praten. Men wil de daarvoor geschikte heidegronden niet door het Staatsboschbeheer laten ontginnen, omdat men vreest, dat de kosten van den houtvester later te drukkend zullen zijn voor de gemeente.

Ik heb geraden, om met Staatsboschbeheer in overleg te treden, een ontginningsplan te laten maken, en tevens te informeeren, hoeveel die houtvester later wel kan kosten; dan krijgt men zekerheid, en kan men, met de stukken in de hand, beoordeelen, welke kosten voor de gemeente zullen blijven; en of het gemeentebelang gediend wordt, door Staatshulp bij de ontginning te aanvaarden; men dwaalt echter, wanneer men meent, dat uitsluitend voor Maarheeze een houtvester zou noodig zijn.

Men heeft van de exploitatie van de gemeentelijke bezittingen een zeer uitvoerige beschrijving gemaakt, welke zeer accuraat wordt bijgehouden; gemeente bezit thans 11 H.A. natuurweide en 121 H.A. dennenbosch. Van de natuurweiden maakt men gemiddeld 8% van het geïnvesteerde kapitaal; men blijft doorgaan met die weide langzamerhand te vergrooten; echter voorzichtig aan; men moet niet meer weide maken, dan er vee beschikbaar is om te weiden; de boeren richten eerst langzamerhand hunne boerderijen in voor het houden en stallen van meer weidevee.

De stationsstraat, met links de boerderij van Beimans en rechts het huis van Van Kessel (Collectie Heemkundekring ‘De Baronie van Cranendonck’, RHC-Eindhoven)De stationsstraat, met links de boerderij van Beimans en rechts het huis van Van Kessel (bron: Collectie Heemkundekring ‘De Baronie van Cranendonck’, RHC-Eindhoven)

Halfweg Soerendonk en Budel komt eene groote stoomzuivelfabriek voor de melk uit Maarheeze, Soerendonk en Budel; er wordt aanvankelijk gerekend op minstens 1.000 koeien = 8.000 Liter melk; later nog meer. Men is zeer dankbaar voor de krachtige hulp van Gedep. Staten, waardoor bewerkt werd, dat er een harden weg zal komen van Maarheeze naar het nieuwe station te Oudenboom, welke weg door gemeente noch aangelegd, noch onderhouden behoeft te worden. Vooral voor gemakkelijk goederenvervoer stelt men zich van dien harden weg veel voor.

Men betreurt het zeer, dat de tram Geldrop-Budel niet over Maarheeze zal loopen. Men ontkent echter het bezwaar niet, dat het traject Leende-Maarheeze-Soerendonk 3.400 M1 langer is, dan een directe weg Leende-Soerendonk; de aanleg wordt zooveel kostbaarder; de exploitatie dito dito; terwijl men bovendien de menschen, die per tram reizen, dwingt, om zooveel, 3.400 M1, langer onderweg te zijn, en bovendien zooveel meer te betalen (voor 3.400 m1) zonder in Maarheeze te moeten zijn. Deze bezwaren tegen het vervullen van den wensch van Maarheeze, om aan den tram aangesloten te worden, wogen ook bij B. en W. zwaar, en men kon zich verklaren, dat G.S. het kortste traject voorstonden, vooral nu Maarheeze te Oudenboom verbonden werd aan de lijn Eindhoven-Weert.

Volgens Verdijk was de administratie ter secretarie zeer goed in orde; de goede invloed van Burgemeester Moons blijft daar dus gelukkig bij voortduring merkbaar.

Den 1 Augustus 1918 bezocht ik per auto vanuit Helmond de gemeenten Budel, Soerendonk en Maarheeze. Mét de gemeenten Budel en Soerendonk was men vóór den oorlog in overleg getreden met het Staatsboschbeheer over den aanleg van bosschen, het aanstellen van een houtvester enz. Ten gevolge van het uitbreken van den oorlog is alles blijven zitten.

Middelerwijl ging Maarheeze voort met den aanleg van bosch; dit voorjaar werd een groote plek slechte heide afgebrand, en daarna 350.000 dennetjes in den grond gebracht, ± 20.000 per H.A. Het droge voorjaar deed zeker 150.000 planten sterven; die zullen in het najaar geremplaceerd worden. Er zijn thans ± 14 H.A. natuurweide, die ongeveer 10% renten geven van het daarin gestoken kapitaal.

De zuivelfabriek te Budel, 1930 (bron: Collectie Heemkundekring ‘De Baronie van Cranendonck’, RHC-Eindhoven)De zuivelfabriek te Budel, 1930 (bron: Collectie Heemkundekring ‘De Baronie van Cranendonck’, RHC-Eindhoven)

De exploitatie van de stoomzuivelfabriek – die in Budel staat – is bijzonder kostbaar, omdat er zoo weinig melk verwerkt wordt, deels ten gevolge van het gebrek aan krachtvoer voor het vee, deels ten gevolge van het afschaffen van melkvee door de boeren; er komt thans niet meer dan 3.500 Liter melk, tegen vroeger 9.000 Liter. De harde weg van Maarheeze naar station Oudenboom is bijzonder slecht; gemeente heeft het beheer en onderhoud nog niet overgenomen van de S.S. Geraden zich deswege nogmaals tot de S.S. te wenden, en, zoo noodig, tot den Minister. Er is tegenwoordig zoo veel werk in de gemeente, dat niemand meer werkt op de zinkfabriek te Budel.

Er werd in geen 2½ jr een huwelijk voltrokken; er kwam geene boerderij open! Er zijn geen armen in Maarheeze; het armbestuur belegt zijne inkomsten. Landbouwonderwijs wordt steeds gegeven, hetzij een éénjarige, hetzij een tweejarige cursus.

Den 15 Mei 1922 bezocht ik Budel, Soerendonk en Maarheeze. Er hadden zich met betrekking tot het finantieel beheer van Maarheeze groote moeielijkheden voorgedaan; men wilde geen belasting heffen; eene Commissie uit G.S. was er geweest, en had niets bereikt. Toen alles dreigde spaak te loopen, werd Robbers erheen gezonden; hij werkte daar twee keer drie dagen met den Secretaris, met B. en W. en met den Raad, en bereikte gelukkig dat alles weer op zijne beenen te recht kwam.

Bierbrouwerij Winters.Tot 1917 brouwde Winters hier het Maarheezer bier, 1915 (Collectie Heemkundekring ‘De Baronie van Cranendonck’, RHC-Eindhoven)Bierbrouwerij Winters.Tot 1917 brouwde Winters hier het Maarheezer bier, 1915 (bron: Collectie Heemkundekring ‘De Baronie van Cranendonck’, RHC-Eindhoven)

Toen Moons burgemeester werd, solliciteerde met hem de Heer Winters uit Maarheeze. De benoeming van Moons was oorzaak, dat Winters heel boos was, en er eene diepgaande veete ontstond. De zoon van Winters – een bierbrouwer – is thans wethouder. De veete is blijven bestaan; vandaar dat hij niet met Moons kan, en dezen zooveel mogelijk tegen werkt.

De Grondmij heeft voor Maarheeze gewerkt; buitengewoon duur; 2 maal zoo duur, als de begrooting. Daarom de Grondmij eruit gezet. Met Staatshulp drie boerderijen gesticht; een vierde is nog in wording. Door het dure werk van de Grondmij maakt men slechte renten; men maakt van f. 45 tot f. 65 per H.A.; dat moest gemiddeld minstens f. 75 zijn. Gemeente bezit 5 à 600 H.A.; daarvan 116 H.A. ontgonnen. Geen hulp van Staatsboschbeheer. Armendokter is de Heer Peeters uit Weert. Weg Maarheeze-Oudenboom wordt zeer druk bereden; het onderhoud is duur; ± f. 1.000 per jaar.

Burgemeester Klardie, 1924-1930 (bron: RHCe)Burgemeester Klardie, 1924-1930 (bron: RHCe)

Den 20 Juni 1928 bezocht ik Maarheeze en Budel. Onder het voorzichtige, wijze beleid van burgemeester Klardie is de vereeniging van Soerendonk en Maarheeze vrijwel geconsolideerd. Het gaat goed bij B. en W. het gaat goed in den Raad, het gaat goed in de nieuwe gemeente. Het Raadhuis van Soerendonk werd voor de nieuwe gemeente in gebruik genomen; dat van Maarheeze werd verhuurd. Klardie zelf woont in Soerendonk.

De finanties, die voor enkele jaren zoo hoogst zorgwekkend waren, beginnen zich gelukkig te herstellen; als men op den ingeslagen weg voortgaat, en geen gekke dingen doet door dure uitgaven te doen, of ontijdig te veel de belastingen vermindert, dan zijn de moeielijkheden binnen korte jaren overwonnen, en wordt Maarheeze nog eens eene rijke gemeente.

In Sterksel bouwden de Broeders van St. Joseph te Heel een groot gesticht tot verpleging van epileptici. Philips uit Eindhoven kocht “de Pan” tusschen Hugten en Sterksel; van gemeente kocht hij daar nog 45 H.A. bij; hij wilde daar een landhuis bouwen voor een zoon, die gaat trouwen. Moeielijkheden met curatoren in het faillissement van de heerlijkheid Sterksel over het onderhoud van de aarden weg naar Heeze, en over het onderhoud der waterleidingen. Men hoopt tot eene oplossing te komen, door het in het leven roepen van een waterschap-wegschap. Eene aanvrage daartoe is in behandeling bij Gedep. Staten.

In 1927 werd met Staatsboschbeheer gecontracteerd in zake de bebossching van 310 H.A.; jaarlijks 10 H.A.

Reageer op dit verhaal

Heb je al een account? Log in met je gegevens.

Heb je nog geen account? Plaats zonder inloggen, of Registreer een account

Help spam voorkomen en los de volgende som op:
Geef mij een andere som.