
Chat is online op maandag t/m vrijdag van 10.00 - 16.00 uur en van 19.00 - 22.00 uur.
Op dit moment zijn we offline. Je kunt je vraag stellen via e-mail of WhatsApp: 06-12887717 (alleen berichtjes)
Meer informatie over de chat-service? Klik hier
Chat is online op maandag t/m vrijdag van 10.00 - 16.00 uur en van 19.00 - 22.00 uur.
Op dit moment zijn we offline. Je kunt je vraag stellen via e-mail of WhatsApp: 06-12887717 (alleen berichtjes)
Meer informatie over de chat-service? Klik hier
Dankzij het Milieucentrum 's-Hertogenbosch, dat in 2000 het project 'Eendenkooi' startte, is dit stukje cultuurhistorie in ere hersteld. De WEM (Werkgroep Eendenkooi Maaspoort) bestaat uit vrijwilligers die de kooi onderhouden en voor rondleidingen zorgen.
De geschiedenis van deze eendenkooi gaat zeker zo’n 300 jaar terug: hij komt al voor op een kaart uit 1739 en is een van de vele kooien die rond 1700 in het Kwartier Maasland zijn aangelegd. De kooi was eigendom van de Heer van Empel. Rond 1800 was dat Jonkheer Willem Hendrik van Thije Hannes.
In de eerste Jachtwet uit 1807 wordt het afpalingsrecht van eendenkooien geregeld: binnen de kooicirkel (op 753 meter vanaf het midden van de kooi) mag niemand de rust verstoren. Als in 1820 de
Heerlijkheid Empel wordt opgeheven, gaat het eigendom van de kooi over op particuliere eigenaren, die kooikers aanstellen om de kooi in bedrijf te houden. Veel kooikers hadden daarnaast nog een eigen boerderijtje. Het vangseizoen viel immers rond de wintermaanden als het op de boerderij niet zo druk was.
Tussen 1832 en 1864 wordt op de Empelse kooi een extra vangpijp aangelegd. In deze tijd steeg de vraag naar kooieend sterk als gevolg van de expansie van het Bossche poeliersbedrijf Gostelie. Er zijn meer eendenkooien in het Maasland die in die periode het aantal vangpijpen uitbreiden. Een eeuw later is het tijdperk van de commerciële eendenkooien echter grotendeels voorbij. De laatste kooiker die eenden voor de handel vangt, is Willem Godschalx.
De Empelse kooi raakt na de Tweede Wereldoorlog ernstig in verval en wordt in 1956 door Staatsbosbeheer overgenomen. Het belang van de kooi in vogelkundig opzicht groeit. Er broeden soorten als de roerdomp, de ransuil, de torenvalk en de holenduif.
De kooi van Empel wordt dan ook als natuurgebied aangewezen. Maar het wordt steeds duidelijker dat de oprukkende verstedelijking toenemende druk uitoefent op dit natuurgebied.
De gemeente Den Bosch ruilt de kooi met Staatsbosbeheer tegen een ander terrein en geeft Heidemij opdracht het terrein verder te ontwikkelen. De kooi wordt na herstel bestempeld als stiltegebied. Maar omdat er geen onderhoud plaats vindt, raakt de kooi opnieuw in verval. In 2000 keert echter weer het tij dankzij het Bossche Milieucentrum.