Pastoor J.C. de Bont voelde zich bedreigd: in de omgeving van Kaatsheuvel waren er vijf protestantse kerken en er was een zesde in aanbouw. De enige katholieke kerk in Kaatsheuvel, de ‘Johannes de Doper’, was te klein om alle katholieken te kunnen herbergen.
Daarom liet hij in 1894 een tweede kerk bouwen in Kaatsheuvel. Deze ‘hulpkerk’, die dus deel uitmaakte van de parochie Johannes de Doper, werd toegewijd aan de heilige Martelaren van Gorkum. Dat waren 19 geestelijken die in 1572 door de – protestantse – watergeuzen waren vermoord. De keuze voor deze heiligen als naamgevers van de kerk was dus een beetje een provocatie van pastoor De Bont.
Al in 1897 kreeg de nieuwe kerk ‘van den Berndijk’ een ‘upgrade’ tot parochiekerk, toegewijd aan de H.H. Martelaren van Gorkum.
Op de foto hieronder zien we pastoor E. Rietra, die in 1950 op 48-jarige leeftijd in de parochie werd ingehaald.
Reageer hieronder en deel je herinneringen aan de kerk, het leven in de parochie en de geestelijken van vroeger.
Pastoor Rietra (rechts op de voorgrond met zwart gewaad) tijdens de viering van het tienjarig bestaan van de Efteling in Kaatsheuvel, 1961. Hier een bijeenkomst in het grote restaurant. Van links naar rechts: de heer P. Nieuwstad, wethouder Smulders, Egiduis (Gied) van Hoorn uit Loon op Zand (hij zat destijds in het bestuur van de Efteling), Jan Beerens en Jac Smits. (Foto: J. de Bont, Waalwijk. Bron: collectie Streekarchief Langstraat Heusden Altena, nr. WAA84858)
