
Chat is online op maandag t/m vrijdag van 10.00 - 16.00 uur en van 19.00 - 22.00 uur.
Op dit moment zijn we offline. Je kunt je vraag stellen via e-mail of WhatsApp: 06-12887717 (alleen berichtjes)
Meer informatie over de chat-service? Klik hier
Chat is online op maandag t/m vrijdag van 10.00 - 16.00 uur en van 19.00 - 22.00 uur.
Op dit moment zijn we offline. Je kunt je vraag stellen via e-mail of WhatsApp: 06-12887717 (alleen berichtjes)
Meer informatie over de chat-service? Klik hier
Vijftien jaar later, op 15 oktober 1890, werd de 46,5 km lange spoorlijn in gebruik genomen. Via dit spoor werden met name grondstoffen en producten voor en van de schoenenindustrie in de Langstraat vervoerd. Lage Zwaluwe fungeerde als overlaadpunt voor verder vervoer per schip naar Rotterdam.
Een belangrijk obstakel in de route was het natte gebied tussen Vlijmen en ’s-Hertogenbosch, een onderdeel van het overstromingssysteem de Baardwijkse Overlaat. In tijden van hoog water op de Maas werd deze Overlaat in werking gesteld. Het Maaswater overstroomde het gebied ten noorden van ‘s Hertogenbosch en bereikte via Bokhoven en Baardwijk uiteindelijk weer de Maas. Het waterpeil kon in dit inundatiegebied wel drie tot negen meter stijgen.
Om dit gebied te kunnen oversteken, kwamen er in het spoorwegtracé twee lange bruggen te liggen, de Moerputtenbrug en de iets verderop gelegen Venkantsebrug. Op 24 juni 1885 werden deze bruggen over het Bossche inundatieveld opgeleverd.
Bij de bouw had men rekening gehouden met een eventuele toekomstige spoorverdubbeling, maar de lijn is tot aan de sluiting in 1972 enkelsporig gebleven. Aanvankelijk wilde men de brug slopen, maar in 1995 werd hij rijksmonument en twee jaar later verkocht aan Staatsbosbeheer.
In de twintig jaar na de sluiting van de lijn was de brug ernstig in verval geraakt. De afbladderende, giftige verf vervuilde het onderliggende water en de kwetsbare natuur. Om deze vervuiling te stoppen, liet Staatsbosbeheer de brug in 2004 restaureren.
Op 25 oktober 2006 heropende de Commissaris van de Koningin in Noord-Brabant de Moerputtenbrug, die sindsdien toegankelijk is voor wandelaars. De brug maakt nu onderdeel uit van wandelroutes die Staatsbosbeheer in de Moerputten heeft uitgezet.
Het is een natuurgebied van 120 hectare, één van de weinige, nog bestaande laagveenmoerassen ten zuiden van de grote rivieren. De naam Moerputten verwijst naar vroegere turfstekersactiviteiten. De 30 ha grote plas midden in het gebied is behalve door turfafgraving vooral ontstaan bij de bouw van de spoorbrug.
In de Moerputten vindt men vlinders, reeën, vossen en roofvogels. Ook de brug zelf heeft inmiddels natuurwaarden gekregen: op de pijlers zijn korstmossen, bladmossen en muurvarens te vinden. In 2009/2010 heeft Staatsbosbeheer ook de 32 pijlers en een landhoofd laten restaureren. Daarvoor moest de zeshonderd meter lange spoorbrug in zijn geheel worden verplaatst!
Op 18 mei 2011 opende Mr Pieter van Vollenhoven als voorzitter van het Nationaal Restauratiefonds en het Nationaal Groenfonds de brug, waarvan het totale herstel uiteindelijk 6,5 miljoen euro heeft gekost.