Chat is online op maandag t/m vrijdag van 10.00 - 16.00 uur en van 19.00 - 22.00 uur.
Op dit moment zijn we offline. Je kunt je vraag stellen via e-mail of WhatsApp: 06-12887717 (alleen berichtjes)
Meer informatie over de chat-service? Klik hier
Chat is online op maandag t/m vrijdag van 10.00 - 16.00 uur en van 19.00 - 22.00 uur.
Op dit moment zijn we offline. Je kunt je vraag stellen via e-mail of WhatsApp: 06-12887717 (alleen berichtjes)
Meer informatie over de chat-service? Klik hier
Van bijgebouwen zoals schuren waren de verbindingen van gebinten, het houtstelsel, onderling met houten wiggen en pennen geborgd. Wanneer een houten gebouw op de ‘verkeerde plaats’ stond, werd het geraamte gedemonteerd en elders moeiteloos weer opgebouwd met behulp van merktekens. Vader bracht met een houtbeitel de tekens aan in Romeinse schrift.
Soms werd het complete gebouw verplaatst, soms werd het aanwezige roggestrooiendak intact gelaten, zoals op de foto van een schuurverplaatsing op Buurtschap Hoenderbosch. Daarvoor was de hoogkar (en die van de buren) nodig. Van vier boerenkarren werden de burries verwijderd, daarna werden twee hoogkarren aan een balk gekoppeld. Tijdens het transport reden de wielen over een planken ondergrond.
Vader, de heer Van Duinhoven en twaalf buurtbewoners klaarden het karwei. Een boerin kwam een kijkje nemen en kapelaan Mutsaerts legde de gebeurtenis vast.
Soms werd de verplaatsing uitgevoerd met de ‘uitgeklede kar’: het voertuig werd dan ontdaan van de laadbak. Met een dommekracht of wein werd de stijl omhoog gedraaid en met touw of kettingen aan de stalen karas bevestigd. Met mankracht werd het karrewiel daarna met gebruik van de spaken in beweging gebracht en daarmee het bouwwerk verplaatst.
De ongeveer 7 x7 meter grote houtloods - op de blauwdruk - werd in 1935 van de Maasstraat naar een 600 meter verder gelegen locatie gebracht. Tot tweemaal toe werd vanwege een barrière de route via een akker gekozen. Bij het transport over de onverharde weg was een van hindernissen een in de weg staande boom. Hoe de hoge schuur het bovengrondse lichtnet passeerde, is niet bekend.
Op de camping verplaatsten we op dezelfde manier met zes personen onze complete bungalowtent: ieder tilde een tentstok.
De houtschuur had voor mij veel geschiedenis. De schuur lag vol gezaagde bomen. Wanneer Vader een plank nodig had, was daarbij hulp nodig en meestal was ik de klos. Misschien omdat ik naar hem genoemd was. De eikenhouten plank die op dat moment nodig was, zat natuurlijk onderin de stapel, opgetast met latjes tussen elke plank.
Wanneer tijdens het spel de bal tussen de houtstapel terecht kwam, meestal op een onvindbare plek, mochten we niet over de stapel lopen, omdat we er dan zand achter zouden laten. Tijdens de oorlog sliepen Vader en Martien bij gevaar van Duitse praktijken regelmatig op de schuurzolder. In de zestiger jaren had mijn broer het plan de schuur een praktischer gebruik te geven door een dakzijde omhoog te brengen.
Vader vertelde ons altoos dat de voorraadschuur door middel van karren verplaatst was, we konden ons dat niet voorstellen. Maar toen ik de foto van zo’n verplaatsing zag, werd het me duidelijk en dat was voor mij de reden voor dit verhaal.