Chat is online op maandag t/m vrijdag van 10.00 - 16.00 uur en van 19.00 - 22.00 uur.
Op dit moment zijn we offline. Je kunt je vraag stellen via e-mail of WhatsApp: 06-12887717 (alleen berichtjes)
Meer informatie over de chat-service? Klik hier
Chat is online op maandag t/m vrijdag van 10.00 - 16.00 uur en van 19.00 - 22.00 uur.
Op dit moment zijn we offline. Je kunt je vraag stellen via e-mail of WhatsApp: 06-12887717 (alleen berichtjes)
Meer informatie over de chat-service? Klik hier
Op zich is dat niet vreemd: de Dommelse watermolen maalde immers ook eikenschors tot run, een belangrijke grondstof bij het looien. Intussen bleef broer Evert, die burgemeester van Dommelen werd, op de molen wonen. Dat ging goed, totdat zijn nicht Elisabeth Maria, dochter van Peter, in het huwelijk trad met Lambert Willems. Het jonge echtpaar beheerde een boerenbedrijf in Hoog-Casteren.
Wat er precies in de familie gespeeld heeft, weten we natuurlijk niet, maar in ieder geval was deken Aarts van Valkenswaard erbij betrokken. Hij zou overlegd hebben met Jan Keunen als eigenaar van de molen, en er voor gepleit hebben dat Jan de molen zou verkopen aan Lambert Willems, de man van zijn nicht. Dat gebeurde ook daadwerkelijk, en Evert Keunen moest dus het veld ruimen.
Dat hem dat helemaal niet zinde, mogen we wel afleiden uit het feit dat hij een nieuwe brug over de Dommel liet aanleggen, zodat hij naar de overkant kon gaan zonder de molen te hoeven zien. In 1868 verhuisde Evert naar Valkenswaard, waar hij tien jaar later overleed.
De Aartsen en de Keunens in Dommelen
Op 17 juni 2021 wist Jan van den Dungen nog een stuk geschiedschrijving aan bovenstaande familieperikelen toe te voegen, waarmee de onderlinge verbondenheid van alle personen door verwantschappen en belangen goed duidelijk wordt:
"Er speelden tijdens de burgemeestersperiode van Keunen in Dommelen ook andere zaken. Rond 1859 kon op basis van de eerste gemeentewet van 1851 commissies worden gevormd vanuit de gemeenteraden, die een gezamenlijk overleg regelden. In 1862 belegden daardoor de gezamenlijke burgemeesters Tieleman Maas (Leende), Francis Smulders (Valkenswaard), Everard Keunen (Dommelen), Jan Neutkens (Westerhoven), Piet (P.J.) Aarts (Bergeijk) en Peter Rombauts (Luyksgestel) samen met de provincie een eerste vergadering over de 'aanleg van een kunstweg door de Kempen'. De weg zou als provinciale weg worden aangelegd tussen Leende, over Valkenswaard, Dommelen, Westerhoven en Bergeyk naar Luyksgestel, waarbij de provincie de helft van de kosten voor haar rekening zou nemen, het rijk 20% en de gemeenten samen 30%. De gemeenten moesten wel de onder- en naastliggende gronden kosteloos inbrengen en bovendien meebetalen aan het onderhoud van de weg in het eerste jaar na realisatie.
De burgemeester van Dommelen, Everard Keunen, vond als reden voor uitstel, dat het allemaal teveel geld zou gaan kosten. In 1865 besliste de provincie Noord-Brabant toch om deze weg aan te gaan leggen, want het had toch al jaren geduurd vooraleer Keunen akkoord ging en ook pas met een lagere bijdrage, waardoor de andere vijf gemeenten het verschil moesten bijbetalen. Dit was zeer tegen de zin van hun burgemeesters. In 1872 werd de grindweg officieel 'daargesteld, zeg maar aanbesteed.
De Aartsen en Keunens waren met elkaar geparenteerd (aanverwant). Ook behoorde de Deken van Valkenswaard tot de Aarts-familie uit Bergeijk. Zijn broer Peter Joseph was namelijk Bergeijks burgemeester (van 1849-1894) en die was het getreuzel met de wegaanleg door zijn Dommelse ambtsgenoot kennelijk ook 'zat'. Verder was de zus (van Piet Aarts en Deken Aarts), Maria Berendina Aarts, getrouwd met molenaar Jan Rombout Keunen. Kortom alle partijen waren binnen een familie verenigd.
Hierbij kon nog worden gevoegd, dat de definitieve tracékeuze van de nieuwe grindweg, niet meer achter de Dommelse molen door, maar over een nieuwe brug aan de voorkant van de molen ging lopen, maakte dat voor Everard Keunen mogelijk nog moeilijker om hieraan mee te werken. Hierdoor kwam zijn woning niet meer aan de nieuwe doorgaande weg te liggen.
Tot slot kwam later ook nog de stoelendans binnen de familie bovendrijven over de verkoop van de Dommelse watermolen aan Lambert Willems, waarbij de nicht van burgemeester Keunen was getrouwd met deze Lambert en die even later weer in familiebetrekking stond met de Sniedersen van de Dommelse brouwerij, die hun mout lieten malen op de Dommelse watermolen. De dochter van Lambert Willems, Adriana Willems, trouwde tot slot in 1894 met bierbrouwer Willem Snieders en zo had elk familielid wel een zakelijk, of familiebelang, in Dommelse kwesties."