
Chat is online op maandag t/m vrijdag van 10.00 - 16.00 uur en van 19.00 - 22.00 uur.
Op dit moment zijn we offline. Je kunt je vraag stellen via e-mail of WhatsApp: 06-12887717 (alleen berichtjes)
Meer informatie over de chat-service? Klik hier
Chat is online op maandag t/m vrijdag van 10.00 - 16.00 uur en van 19.00 - 22.00 uur.
Op dit moment zijn we offline. Je kunt je vraag stellen via e-mail of WhatsApp: 06-12887717 (alleen berichtjes)
Meer informatie over de chat-service? Klik hier
Het doel van deze veldtocht van Pichegru was het resterende deel van een gecombineerde strijdmacht van Oostenrijk, Engeland en de Republiek compleet te vernietigen. Dit leger van Engelsen, Hessenaren en Franse émigrés stond onder leiding van de hertog van York. Op 14 september werd bij Boxtel slag geleverd. ’s-Hertogenbosch werd door de sansculotten uit strategisch motieven belegerd. Na een kort beleg volgde 9 oktober de capitulatie. Tien dagen later, op 19 oktober, werd in het Land van Maas en Waal de Slag van Puiflijk uitgevochten.
In mijn studie over deze slag ga ik in op het beleg van Den Bosch en met name het lot van de Franse militairen die aan de zijde van de verdedigers meevochten. Zij werden door de revolutionaire “sansculotten” als verraders van het nieuwe Frankrijk beschouwd.
De capitulatiegesprekken na de val van Den Bosch gingen nadrukkelijk over het lot van deze Franse émigré-soldaten, landverraders die slechts het executiepeleton verdienden. Pichegru wilde dit eigenlijk niet bespreken. Hij suggereerde zelfs allerlei ontsnappingsmogelijkheden, zoals het aantrekken van burgerkleren of het lenen van uniformen van andere legeronderdelen.
De representanten van de Franse revolutionaire regering gooiden echter roet in het eten. Samen met hun aanhang benaderden zij de vluchtende soldaten uitdagend, soms zelfs met geweld, om te zien of zij tot de ‘landverraders’ behoorden. De aanwezigheid van deze ideologische leiders gaf de oorlog een politieke legitimiteit. Zij zorgden er dan ook voor dat de gepakte émigrés voor een Militair Tribunaal werden gebracht, dat hen conform de Franse wet ter dood veroordeelde.
De archieven van L’Armee du Nord te Vincennes geven nauwkeurig weer wat er gebeurde met de “verraders”. Elke gevangene werd verhoord en vervolgens veroordeeld, altijd tot de doodstraf. Het doel was het thuisfront publiekelijk te confronteren met de gevolgen van verraad. In de woonplaats van deze huurlingen werden grote plakkaten opgehangen met een beschrijving van hun ‘criminele gedrag’ en hun vonnis.
De Franse huurlingen werden opgesloten op de Citadel. Een klein aantal van hen werd naar Frankrijk afgevoerd voor nadere identificatie. Het grootste deel werd ter plaatse gefusilleerd. Tot nu toe was niet bekend om hoeveel executies het ging. Schattingen liepen uiteen van 83 tot 408. Mijn studie geeft daar nu uitsluitsel over. Na de terechtstelling werden de stoffelijke overschotten van de emigranten op de Vughtse hei begraven.
De slag bij Puiflijk leverde een soortgelijk probleem op. Bij Appeltern werden 19 émigré-soldaten van het Légion de Rohan gevangen genomen. Ook zij werden door een revolutionair Militair Tribunaal op het kasteel te Ravestein ter dood veroordeeld en gefusilleerd. Hun lichamen werden in de Maas geworpen.
De namen en bijzonderheden van de geëxecuteerden zijn volledig gedocumenteerd in mijn boek: Drs. G-J.A.N. Derksen, De Slag van Puiflijk : De Sansculotten op de drempel van de Republiek in oktober 1794. Druten, 2015 (www.bookscout.nl).