skip naar content skip naar hoofdnavigatie spring naar service navigatie
sluit
Hulp nodig?

Chat is online op maandag t/m vrijdag van 10.00 - 16.00 uur en van 19.00 - 22.00 uur.

Op dit moment zijn we offline. Je kunt je vraag stellen via e-mail of WhatsApp: 06-12887717 (alleen berichtjes)

Meer informatie over de chat-service? Klik hier

Online op dit moment

Stel je vraag

Mariët Bruggeman
Mariët Bruggeman Bhic
Menu
sluit
Hulp nodig?

Chat is online op maandag t/m vrijdag van 10.00 - 16.00 uur en van 19.00 - 22.00 uur.

Op dit moment zijn we offline. Je kunt je vraag stellen via e-mail of WhatsApp: 06-12887717 (alleen berichtjes)

Meer informatie over de chat-service? Klik hier

Online op dit moment

Stel je vraag

Mariët Bruggeman
Mariët Bruggeman Bhic

Harrie d’n Bèkker zorgde voor het dagelijks brood in Geffen

Als jochie gaat Harrie Jansen uit Geffen liever voetballen dan zijn ouders helpen in de bakkerij. Maar later wordt hij zelf bakker en wat voor één: Harrie d’n Bèkker is jarenlang een begrip in Geffen. Als bakker van het brood, en de man die het ook nog eens bij je thuis bracht.

Servaas Jansen


Hendrica Jansen-van Breda        

Zijn vader en moeder, Servaas Jansen en Henrika van Breda, kopen in Geffen een grote boerderij en een huis. De boerderij wordt verhuurd en het huis verbouwd tot winkel en bakkerij. Die vier jongens moeten al van jongs af aan meehelpen in de bakkerij. Harrie gaat liever vissen, schaatsen of voetballen en treuzelt op weg naar huis zo lang mogelijk. Later haalt hij dat dubbel en dwars in en staat hij jarenlang ’s nachts om 4 uur op, om ervoor te zorgen dat het brood ‘s ochtends klaarligt. Dan zit de bakkerij inmiddels aan de Dorpstraat waar vader Jansen ergens in de jaren dertig een pand van een vertrekkende bakker heeft gekocht.

Ongeluk

De échte droom van Harrie – onderwijzer worden – blijkt onhaalbaar zodra zijn vader zijn hand verliest bij een ongeluk met een bakkersmachine. Harrie, dan vijftien, blijft thuis om mee te kunnen helpen in de bakkerij. Ook broer René is een vaste kracht in de bakkerij. De derde broer Jo overlijdt door ziekte tijdens de Tweede Wereldoorlog, vierde broer Wim begin later een zaak in haarden en kachels, later een rijwielhandel, annex taxibedrijf en benzinepomp.

Hans, zoon van Wim, woonde met zijn ouders tegenover de bakkerij. Hij vertelt: “Ik kan me de bakkerij en de winkel nog tot in detail voor de geest halen. Wat me het meest is bijgebleven, is de hitte die de oliebrander uitstraalde waarmee de oven werd opgestookt. Die oliebrander scheen voor die tijd al erg vooruitstrevend te zijn ten opzichte van de hout gestookte ovens. De oven zelf liep vanuit de bakkerij door in het achterhuis, waar we altijd sterappeltjes boven op de warme oven mochten leggen om te laten drogen.”

Harry met vrouw Claar aan de wandel met neefje Hans (1955)

 

Neefje Wim bij René op de fiets tijdens Geffense kermis  (1965)

Harrie en René bakken ’s nachts het brood, overdag wordt het naar de mensen gebracht. René vent met een bakfiets, Harrie weet later een auto op de kop te tikken. De lange dagen werken betekent niet dat de inkomsten navenant zijn. Sterker nog, vaak wordt er in de bakkerij niet met geld betaald maar met een rekje eieren of een zak rogge, zeker in de naoorlogse jaren. Met een boekje dat klanten zelf bijhouden, moet er worden afgerekend maar er zijn altijd mensen die hun rekeningen niet kunnen voldoen. Later wordt dat beter en krijgen de bakkers een meer vast inkomen.

Betalen met rekje eieren

Opa en oma Jansen met kleinkind Drea, dochter van Wim

Het venten van het brood levert Harrie overigens geen windeieren op. Hij houdt er niet alleen veel klanten aan over, op die manier ontmoet hij ook zijn vrouw Claar van Bergen. In 1956 trouwt het stel en neemt ze de bakkerij over. Vader en moeder komen inwonen en broer René betrekt de zolder. Kleinzoon Hans hierover: “Mijn oma hielp toen ik klein was nog wel in de winkel maar dat werd al vrij snel overgenomen door de vrouw van mijn oom Harry nadat die getrouwd waren in 1956. Mijn opa kan ik ook nog duidelijk voor de geest halen, maar die werkte toen al lang niet meer in de bakkerij nadat hij een gedeelte van zijn hand verloren was na een beknelling in de deegmengmachine. Hij was een trotse man die altijd goed gekleed ging en die altijd een zwartleren handschoen droeg om zijn verminkte hand.”

Het harde werken in die jaren is een vanzelfsprekendheid maar dat wil niet zeggen dat de bakkers uitkijken naar de
feestdagen. Rond kerst en pasen zien ze soms drie nachten geen bed. “We hadden een gruwelijke hekel aan die dagen”, vertelt Harrie later aan Ruud Verhagen. “Mijn opa stierf in 1959 in de leeftijd van 85 en ik was toen pas 10 jaar oud. Mijn oma stierf in 1976 in de leeftijd van 86 jaar. Zij was 16 jaar jonger dan mijn opa. Ik heb ze dus beiden wel goed gekend, maar ik was nog te jong en zij al te oud om daar nog echt specifieke herinneringen aan te hebben. Bovendien “bemoeiden” grootouders zich toen niet zo met de kleinkinderen zoals dat tegenwoordig met oppassessies en zo wel het geval is”, vult Hans aan.

Sluiting

In de loop van de jaren zestig stoppen Harrie en René met het bakken van brood en betrekken ze hun producten van verschillende bedrijven. Ze werken door tot december 1977 en dan sluiten ze de winkel. Een einde van een begrip in Geffen. Harrie overlijdt op 1 november 2004, zijn vrouw Claar op 7 januari 2011. 

                                                                      Harrie en zijn broer René

Dit verhaal is gebaseerd op het interview dat Ruud Verhagen met Harrie heeft gehouden en heeft verwerkt tot een artikel in Auw Neijts in 2011. Met veel dank aan Hans Jansen voor al zijn aanvullingen en alle foto's!

Reageer op dit verhaal

Heb je al een account? Log in met je gegevens.

Heb je nog geen account? Plaats zonder inloggen, of Registreer een account

Help spam voorkomen en los de volgende som op:
Geef mij een andere som.